Disco les 7

Infinitivus = hele werkwoord
Een infinitivus gebruik je na hulpwerkwoorden.

  • Ik wil fietsen.
  • Ik ga morgen 20 km fietsen.
  • Ik heb geen zin om door de regen te fietsen.
  • Ik ben van plan morgen 20 km te gaan fietsen.


1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Infinitivus = hele werkwoord
Een infinitivus gebruik je na hulpwerkwoorden.

  • Ik wil fietsen.
  • Ik ga morgen 20 km fietsen.
  • Ik heb geen zin om door de regen te fietsen.
  • Ik ben van plan morgen 20 km te gaan fietsen.


Slide 1 - Tekstslide

dare                      sedere
geven                                                      ....
te geven                                                 ....
om te geven                                         ....

Slide 2 - Tekstslide

Verschil tussen pv. en inf.
Zij fietsen.
Zij willen niet fietsen.

Slide 3 - Tekstslide

Na welk(e) werkwoord(en) kun je een infinitivus verwachten?

A
delere
B
finire
C
posse
D
cupere

Slide 4 - Quizvraag

Na welk(e) werkwoord(en) kun je geen inf. verwachten?
A
audere
B
appropinquare
C
capere
D
temptare

Slide 5 - Quizvraag

Filiae senem ....
A
curat
B
curant
C
curare

Slide 6 - Quizvraag

Philemon et Baucis deos .... cupiunt.
A
recipit
B
recipiunt
C
recipere

Slide 7 - Quizvraag

Jupiter dicit: "Nusquam ... possumus."
nusquam = nergens


A
dormit
B
dormimus
C
dormiunt
D
dormire

Slide 8 - Quizvraag

Philemon dicit: "Num hac in casa parva dormire ... ?"
A
cupit
B
cupitis
C
cupiunt
D
cupere

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Link