Bestuursrecht quiz

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
JuridischMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welk rijtje bevat uitsluitend bestuursorganen in de zin van art.1:1 Awb?

A
College van B en W, commissaris van de Koning, Raad van State
B
Gemeenteraad, Algemene Rekenkamer, minister
C
Minister, burgemeester, commissaris van de Koning
D
Nationale Ombudsman, minister, college van B en W

Slide 2 - Quizvraag

Wat betekent de gelaagde structuur in de Algemene wet bestuursrecht?

A
Een opbouw in hogere en lagere regelingen
B
Een opbouw van algemene hoofdstukken naar bijzondere hoofdstukken
C
Een opbouw in steeds nieuwe delen (tranches)

Slide 3 - Quizvraag

 In welk geval is geen sprake van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht?

A
Beleidsregel
B
Beschikking
C
Gemeenteverordening
D
Plaatsen van een dranghek

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een algemeen verbindend voorschrift en een beleidsregel?

Slide 5 - Open vraag

In welk geval kan het verstrekken van informatie, die is opgevraagd in het kader van de WOB, niet worden geweigerd?

A
Als personen die zitting hebben in een bestuursorgaan in hun persoonlijk belang worden geschaad door de openbaarmaking.
B
Als het de veiligheid van de Staat kan schaden.
C
Documenten opgesteld ten behoeve van opsporing van strafbare feiten
D
 Als het persoonsgegevens betreft (als bedoeld in paragraaf 2 van hoofdstuk 2) van de Wet bescherming persoonsgegevens.

Slide 6 - Quizvraag

Hoe wordt het protesteren tegen een besluit bij het bestuursorgaan, dat het besluit genomen heeft, genoemd?

Slide 7 - Open vraag

Wat kun je doen als je het niet eens bent met de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid jegens jou heeft gedragen?

Slide 8 - Open vraag

Papierfabriek Eendracht krijgt bij beschikking toestemming voor het produceren van chemisch geïmpregneerd papier. De toestemming geldt voor onbepaalde tijd. Waarvan is hier sprake?

A
Concessie, belastend, zakelijk
B
Vergunning, zakelijk, duurzaam en begunstigend
C
Zakelijke beschikking, aflopend, begunstigend en op aanvraag
D
Duurzame beschikking, ambtshalve, zakelijk

Slide 9 - Quizvraag

De gemeenteraad stelt een gemeentelijke verordening vast, waarin regels worden gesteld met betrekking tot het uitlaten van honden. Hoe wordt dit ook wel genoemd?

A
Plan
B
Beschikking
C
Beleidsregel
D
Algemeen bindend voorschrift

Slide 10 - Quizvraag

In welk van de onderstaande situaties is geen sprake van integer handelen van de overheid?

A
De overheid houdt zaken van algemeen belang geheim omdat ze bang is voor 'gedoe'.
B
De overheid is ontvankelijk voor signalen dat er iets mis is met overheidsoptreden.
C
De overheid maakt geen voor burgers belastende wetten.
D
De overheid leeft zelf ook de wet- en regelgeving na.

Slide 11 - Quizvraag

Het college van B en W legt een last onder bestuursdwang op. Op grond van welk artikel is hier sprake

Slide 12 - Open vraag

Het college van B en W geeft een omgevingsvergunning voor het bouwen van een woning. Op grond van welke wettelijke regeling zijn zij daartoe bevoegd?

Slide 13 - Open vraag

De minister geeft een verblijfsvergunning af voor onbepaalde tijd. Op grond van welke wettelijke regeling is hij hiertoe bevoegd?

Slide 14 - Open vraag

Het College van Gedeputeerde Staten en de commissaris van de Koning vormen binnen de provincie...

A
...de wetgevende macht.
B
...de uitvoerende macht.
C
...de rechtsprekende macht.

Slide 15 - Quizvraag

Het college van burgemeester en wethouders komen we tegen binnen de volgende bestuurslaag.

A
Rijksoverheid
B
Provinciale overheid
C
Gemeentelijke overheid

Slide 16 - Quizvraag

De gemeente verhuurt de voormalige bodewoning aan mevrouw Jaspers.
Van wat voor handeling is hier sprake?

Slide 17 - Open vraag

Wat geldt binnen het bestuursrecht? Kies het meest juiste antwoord.

A
Hogere regelgeving gaat voor lagere.
B
Bijzondere regelgeving gaat voor algemene regelgeving.
C
Nieuwe regelgeving gaat voor oude regelgeving.
D
Alle bovenstaande antwoorden zijn juist.

Slide 18 - Quizvraag

Wat is juist met betrekking tot de Participatiewet?

A
Deze regel rekenen we tot het algemeen bestuursrecht.
B
Deze regel rekenen we tot het bijzonder bestuursrecht.
C
Deze regel hoort bij het burgerlijk recht.

Slide 19 - Quizvraag

In de Algemene Plaatselijke Verordening staat dat het college van B en W bevoegd is tot het verlenen van kapvergunningen.

A
Hier is sprake van attributie.
B
Hier is sprake van delegatie.
C
Hier is sprake van mandaat.

Slide 20 - Quizvraag

Fanfare Concordia maakt bezwaar tegen een subsidiebeschikking waarin hen € 2.000,- subsidie wordt toegezegd. De fanfare had € 5.000,- gevraagd. Als reactie schrijft het college van B en W dat ze nu helemaal geen subsidie meer krijgen.
Welk Abbb is in geding?

Slide 21 - Open vraag

Het college van B en W besluit een illegaal bouwwerk te verwijderen.

A
Hier is sprake van een privaatrechtelijke rechtshandeling.
B
Hier is sprake van een publiekrechtelijke rechtshandeling.
C
Hier is sprake van een feitelijke handeling.
D
Hier is sprake van bestuursdwang

Slide 22 - Quizvraag

Wat hoeft geen onderdeel te zijn van een aanvraag?

A
Naam en adres van de aanvrager
B
De wetsartikelen waarop de aanvraag is gebaseerd.
C
De aanduiding van de beschikking waar om wordt gevraagd.
D
De dagtekening

Slide 23 - Quizvraag

Wanneer is de beslistermijn bij een aanvraag waarvoor geen speciale regeling geldt in ieder geval verstreken? Noem ook het artikel!

Slide 24 - Open vraag

Wanneer een bestuursorgaan niet tijdig beslist op een aanvraag...

A
...wordt van rechtswege de termijn verlengd met nogmaals 8 weken.
B
...wordt de aanvraag in alle gevallen geacht te zijn verleend.
C
...verbeurt het bestuursorgaan, als twee weken verstreken zijn na ingebrekestelling, een dwangsom.
D
...wordt de aanvraag geacht te zijn afgewezen.

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de bedoeling van de Wet Bibob?

A
Regelgeving op het gebied van integriteit voor Openbare bibliotheken
B
Regelt dat gemeenten een controle uit kunnen laten voeren als ze vermoeden dat er sprake is van illegale/ criminele bedoelingen.
C
Beoordeelt het handelen van bestuursorganen op integriteit.

Slide 26 - Quizvraag

Wanneer een bezwaarschrift niet is ondertekend...

Slide 27 - Open vraag

Maria maakt bezwaar tegen een besluit dat op 16 april is bekendgemaakt. Wat is de uiterste datum waarop haar bezwaar moet zijn ingediend?

A
27 mei
B
28 mei
C
29 mei
D
30 mei

Slide 28 - Quizvraag

Melchior heeft op 17 mei een bezwaarschrift ingediend. De bezwaartermijn eindigde op 31 mei. Wat is de uiterste datum waarop een besluit op dit bezwaarschrift (geen hoorzitting) moet zijn genomen?

A
12 juli
B
28 juni
C
29 juli
D
30 juli

Slide 29 - Quizvraag

Wat is juist met betrekking tot een voorlopige voorziening?

A
Het wordt alleen toegewezen als sprake is van spoedeisend karakter.
B
Het wordt behandeld door de voorzieningenrechter.
C
De voorwaarde is dat de bodemprocedure wordt gevoerd.
D
A, B en C

Slide 30 - Quizvraag

Welke instantie behandelt klachten over bejegening van burgers door ambtenaren?

Slide 31 - Open vraag

Welke bestuurlijke sanctie is het meest gericht op herstel van een rechtmatige situatie en veel minder bestraffend van karakter?

A
Bestuursdwang
B
Administratieve boete
C
Dwangsom
D
Intrekken beschikking

Slide 32 - Quizvraag

De gemeente schrijft aan een café-eigenaar dat bij elke volgende constatering van overtreding van de sluitingstijdenregeling € 1.000,- zal worden verbeurd. Waarvan is hier sprake?

Slide 33 - Open vraag

Joop is ambtenaar, belast met het beoordelen van subsidie-aanvragen. Hij is ook penningmeester van Volleybalvereniging Set-Up. Hij mag een aanvraag van deze vereniging niet behandelen omdat er dan...

A
...sprake is van het verrichten van nevenwerkzaamheden.
B
...sprake is van détournement de pouvoir.
C
...sprake is van belangenverstrengeling.

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide