Oefenen SO H6
Aller = gaan
timer
1:00
je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
vais
vas
va
allons
allez
vont
1 / 23
Onderdelen in deze les
Aller = gaan
timer
1:00
je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
vais
vas
va
allons
allez
vont
Slide 1 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
mannelijk
vrouwelijk
gare
sud
ouest
activité
vêtement
arrêt de bus
endroit
boulangerie
rue
plage
cinéma
Slide 2 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
avoir
être
aller
faire
zijn
hebben
maken / doen
gaan
Slide 3 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
trouver
Slide 4 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
où
Slide 5 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
selon moi
Slide 6 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
le voyage
Slide 7 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
presque
Slide 8 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
iedereen
Slide 9 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
dromen
Slide 10 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
wij zien
Slide 11 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
goede reis
Slide 12 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
handig
Slide 13 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
C'est loin?
A
Non, c'est à droite.
B
Non, on y va en métro.
C
Non, c'est à 5 minutes.
D
Non, je cherche la gare.
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Excusez-moi! Vous pouvez m'aider?
A
Oui, c'est tout droit.
B
Oui, bien sûr!
C
Non, merci!
D
Je cherche la station de bus.
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Vous pouvez répéter?
A
C'est loin.
B
Non, c'est à gauche.
C
On y va en train.
D
Oui, bien sûr!
Slide 16 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Het station is ver.
Slide 17 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Dan gaan wij met de auto.
Slide 18 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Het is naar links.
Slide 19 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Het is 5 minuten met de trein.
Slide 20 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Maak ontkennend met ne.... pas :
Nous parlons allemand.
Nous parlons allemand.
ne
pas
nous
allemand
parlons
Slide 21 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Het werkwoord être
je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
suis
es
est
sommes
êtes
sont
Slide 22 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
où
quand
comment
pourquoi
combien
qu'est-ce que
waar
waarom
wanneer
hoe
wat
hoe veel
Slide 23 - Sleepvraag
Zoek de vertaling van de vraagwoorden. Sleep de blauwe kaders op de rode.
