H1.2 Inkomsten en uitgaven

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Economie

Ga rustig & stil klaar zitten.

Pak je boek, schrift, rekenmachine en pen/potlood.

Geen jassen en tassen op tafel!

Vandaag

Huiswerk controle van vorige week

H1.2 Inkomsten en uitgaven

Zelfstandig aan het werk

Huiswerk controle

H1.1

blz 12 t/m 17

opdracht 1+2+4+5+6+10+11

Leerdoelen

• Ik weet hoe ik verschillende soorten inkomsten en uitgaven kan onderscheiden. 

Geslaagd!

Hoe kom je aan je geld?

Hand opsteken!

Hoe kom je aan je geld?

• Inkomen uit arbeid is loon dat je ontvangt als je werkt.

• Inkomen uit bezit:  bijvoorbeeld door een vakantiehuis te verhuren of de rente die je ontvangt op een spaarrekening.

• Overdrachtsinkomen is geld dat je ontvangt zonder dat je er een directe tegenprestatie voor levert, bijvoorbeeld kinderbijslag of een uitkering.

Waar geef je je geld aan uit?

Hand opsteken!

Waar geef je je geld aan uit?

• Vaste lasten - uitgaven met een vaste regelmaat bijvoorbeeld hypotheek.
• Huishoudelijke uitgaven - dagelijkse uitgaven zoals boodschappen. 
• Incidentele uitgaven - meestal grote uitgaven die niet vaak voorkomen. Bijvoorbeeld wasmachine of vakantiereis. Hier moet je je geld voor reserveren.

Leerdoelen

• Ik weet hoe ik verschillende soorten inkomsten en uitgaven kan onderscheiden. 

Nu zelf maken!

H1.2

blz 18 t/m 20

opdracht 13 t/m 16

Zelfstandig aan de slag.

Heb je een vraag? Steek je hand op!

Huiswerk!

H1.2

blz 18 t/m 20

opdracht 13 t/m 16