Hfst 2 Derving

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
HandelMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het woord derving?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Sander heeft honger en besluit in het magazijn een snicker uit de stelling te pakken en op te eten. Is er sprake van derving?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mo heeft slecht geslapen. Hij heeft niet goed opgelet bij de goederenontvangst en vergist zich bij het tellen. Hij heeft geen zin om opnieuw te beginnen met tellen dus vult het verkeerde aantal producten in.
A
Criminele derving
B
Niet criminele derving
C
Bekende derving
D
Niet bekende derving

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sander heeft tegen niemand gezegd dat hij de snicker op heeft gegeten. Is er sprake van:
A
bekende derving
B
onbekende derving

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Derving kan ook online voorkomen. Noem een voorbeeld.

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een voorbeeld van verdacht gedrag van een klant.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Verdacht gedrag
  • Zenuwachtig
  • Vreemd gedrag bijv. vaak neus snuiten 
  • Steeds naar dezelfde plek gaan
  • Moeilijk staan te doen met kleding
  • Te dicht op een rek staan (normaal = 40 cm)
  • Medewerker ontwijken
  • Ziet er opeens zwaarder uit
  • Heeft zijn jas over zijn arm hangen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Kijken
Als je een verdacht persoon ziet, probeer dan goed de uiterlijke kenmerken van die persoon in je op te noemen.
- geslacht
- huidskleur
- haarkleur
- geschatte leeftijd
-lengte
- opvallende kenmerken bijv. tatoeage
- kleding
- motoriek



Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke kenmerken heeft de dief van het filmpje?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Groeten
Begroet altijd een klant als hij binnenkomt. Maak daarbij ook oogcontact. De klant weet dan dat hij gezien is. Dat weerhoudt hem wellicht van stelen. 
Spreek klanten aan die in de winkel staan. Zeker als ze verdacht gedrag vertonen. Vraag bijv. Waarmee kan ik u helpen?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarvoor gebruik je dit?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hiermee kun je de poortjes omzeilen.
Het lood wordt om een product gevouwen. Zo gaat het alarm niet af

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Winkelinrichting
Ook door winkelinrichting kun je diefstal voorkomen.
- Zorg voor goed overzicht
- Vanaf de kassa goed zicht op de gangen
- Infobalie op een centrale plek zetten.
- Goede verlichting
- Spiegels
- Camera's
- Plak stickers 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als je een dief aanhoudt, waar voer je dan het gesprek met hem of haar in afwachting op de politie?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Richtlijnen aanhouding
  • Blijf kalm
  • Schakel een collega in
  • Spreek de verdacht aan op een beleefde toon
  • Zeg letterlijk 'Ik houd u aan op verdenking van diefstal'
  • Breng de verdachte naar een aparte ruimte 
  • Blijf bij de verdachte
  • Neem geen producten in beslag en ga niet fouilleren
  • Bel de politie
  • Voorkom geweld.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verwisselen van prijsetiketten of het eerst wegen en dan artikelen toevoegen aan het zakje. Is ook een vorm van diefstal.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sommige klanten staan te klungelen aan de kassa met hun geld zodat de verkoper niet meer weet welk bedrag de klant heeft gegeven. Hoe kun je dit voorkomen?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2.4 Diefstal door medewerkers
  • Zorg voor duidelijke regels voor het kopen van producten door eigen personeel.
  • Controleer regelmatig tassen/jassen (=visitatie)
  • Laat medewerkers geen bekenden afrekenen
  • Medewerkers mogen onderling nooit met korting afrekenen zonder goedkeuring leidinggevende. 
  • Doorgeven diefstal van collega aan leidinggevende

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deel 2 hfst 2 derving
Wat gaan we doen?
Derving d.m.v. diefstal en overal
Quiz wat weet je nog?
Vragen maken

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wie steelt er vaker?
A
Personeel
B
Klanten

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent van de derving bestaat uit diefstal door personeel?

Slide 26 - Open vraag

https://fashionunited.nl/nieuws/retail/retail-barometer-vaker-diefstal-door-personeel-dan-klanten/2015110524804 

39%

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dat, SDNA spray?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wendy heeft nachtmerries overgehouden aan de overval die op haar winkel is gepleegd. Ze durft niet meer alleen te gaan slapen. Dit noem je?
A
Materiële schade
B
Immateriële schade

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn ook andere vormen van fraude zoals skimmen. Wat is dat?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormen van cybercrime
1. phishing
2. misbruik van persoonlijke gegevens
3. hacken 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe herken je phishing mails?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe herken je phishing?
  • Afzender. Controleer het adres van de afzender. 
  • Aanhef. Bedrijven en instanties waar je klant bent of zaken mee doet gebruiken in ieder geval je achternaam in een e-mail, of weten of je een man of een vrouw ...
  • Vragen naar persoonsgegevens. In veel nepmails staat het verzoek om je persoonsgegevens 'te controleren'. 
  • Taalgebruik en vormgeving: taal- en spelfouten. 
  • Spoed of laatste waarschuwingen. Veel valse mailtje proberen je onder druk te zetten door gebruik te maken van laatste waarschuwingen of spoedmeldingen.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Link

Deze slide heeft geen instructies

vragen
Maak opdr 13  tm 19  blz55 VACCM

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies