Begeleiden

Ongelijkwaardige relaties
macht en onmacht
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ongelijkwaardige relaties
macht en onmacht

Slide 1 - Tekstslide

Ongelijkheid
Zorgvrager = de zwakkere partij
Verzorgende = de sterkere partij

Slide 2 - Tekstslide

Macht

Slide 3 - Woordweb

Begrip zorgvrager
  • Zorgontvanger
  • Patient
  • Client 

Term zegt hoe je de ander ziet en jezelf

Slide 4 - Tekstslide

De ongelijkheid in de ongelijkwaardigerelaties heeft 6 aspecten
  • Onomkeerbaarheid
  • Vrijheid tegenover gebondenheid
  • Deskunidigheid tegenover ondeskundigheid
  • Gelsotenheid tegenover openheid
  • Onafhankelijkheid tegenover afhankelijkheid
  • Macht tegenover onmacht

Slide 5 - Tekstslide

Onomkeerbaarheid
  • De rollen zijn onomkeerbaar
  • Functioneel, functie, beroep
  • Samen streef je een bepaald doel na

Slide 6 - Tekstslide

Vrijheid tegenover gebondenheid
Er is sprake van gebondenheid

Verzorgende --> meer vrijheid, eind van de dag naar huis
Zorgvrager --> meer gebondenheid, afhankelijk

Slide 7 - Tekstslide

Deskundigheid tegenover ondeskundigheid
Verzorgende --> opleiding, wordt deskundigheid van je verwacht

Zorgvrager --> leek, 
kan zich argwanend opstellen, maar ook veel vertrouwen hebben. 

Slide 8 - Tekstslide

Geslotenheid tegenover openheid 
Er is sprake van eenzijdige openheid

Zorgvrager --> uit zijn gevoelens en ervaring
Openheid is ook belangrijk om goede hulp te verlenen

  • Zorgvuldigheid
  • Beroepsgeheim

Slide 9 - Tekstslide

Onafhankelijkheid tegenover afhankelijkheid
  • Afhankelijk van de zorg
  • Afhankelijk van jou deskundigheid
  • Afhankelijk van de manier waarop jij met de zorgvrager omgaat

Afhankelijkheid --> onmacht

Slide 10 - Tekstslide

Macht tegenover onmacht
Macht: de eigen wil doorzetten, ook als de andere partij zich verzet of tegenstand biedt. 

Gezag: Sprake van een overwicht die een ander accepteerd.

Slide 11 - Tekstslide

Macht misbruiken in de zorg?

Slide 12 - Open vraag

Macht misbruiken
  • Onbegrijpelijke vakterm gebruiken
  • "lastige" zorgvragers mijden
  • Afhankelijkheid van de zorgvrager vergroten
  • Zorgvrager onnodig laten wachten

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Deze les
Ongelijkheid tussen jou en de zorgvrager 

Opdrachten
  • Praktijksituaties (blz.196) klassikaal
Uitspraken --> wat vind je ervan?
Rollenspel 
  • Opdracht 1 t/m 4 (blz.180) zelfstandig

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 2
Bij een goede beroepshouding hoort dat je probeert de ongelijheid in de relatie met zorgvragers zo klein mogelijk te houden. Bekijk de volgende voorbeelden. Vind jij dat er sprake is van een goede beroepshouding?

Slide 16 - Tekstslide

Een zorgvrager die veel vraagt, vind ik lastig. Om hem dat af te leren laat ik hem extra lang wachten.

Slide 17 - Tekstslide

Ik vind iemand die in een rolstoel zit zielig. Daarom probeer ik altijd extra hartelijk te zijn wanneer ik hem help.

Slide 18 - Tekstslide

Wanneer ik me niet lekker voel, zeg ik dat eerlijk tegen zorgvragers. Dan weten ze dat het niets met hen te maken heeft.

Slide 19 - Tekstslide

Aan de ene zorgvrager besteed ik meer tijd dan aan de andere. Zorgvragers zijn zo verschillend. De ene heeft nu eenmaal meer tijd en aandacht nodig dan de andere.

Slide 20 - Tekstslide

Wanneer zorgvragers vragen of een behandeling pijn doet, zeg ik altijd dat het wel meevalt. Anders zijn ze bij voorbaat al zenuwachtig. 

Slide 21 - Tekstslide

Wanneer een oudere zichzelf nog kan aankleden, maar hem dat duidelijk moeite kost, help ik hem weleens. Ouderen hebben al zo weinig en je mag ze best eens verwennen. 

Slide 22 - Tekstslide

Rollenspel
Situatie 1
Je werkt in een verzorgingshuis. Het is koffietijd. Mevrouw Roorda is diabetespatient en heeft ook reuma. Ze heeft een suikervrij dieet. Driemaal per dag spuit ze insuline. Haar bloedsuikerspiegel kan grote schommelingen te zien geven. Ze vraagt of je even de suikerzakjes kunt openen. Ze reikt je er drie aan. 

Slide 23 - Tekstslide

Rollenspel
Situatie 2
Je werkt in een verpleeghuis. Het is etenstijd. Vlak voor het eten heb je aan de bewoners gevraagd of ze nog naar de wc moesten. Meneer Hoessan zei toen dat hij niet hoefde. Omdat al vaker is gebleken dat hij dan onder het eten toch moet, dring aan. Hij geeft echter te kennen echt niet naar de wc te hoeven.

Slide 24 - Tekstslide

Rollenspel
Situatie 3
Je werkt in een verpleeghuis op een somatische afdeling. Een van de bewoonsters op jouw afdeling is mevrouw Feenstra. Zij heeft veel hulp nodig bij de ADL. Wanneer je haar vandaag wilt helpen uit haar stoel te komen om een wandeling te maken, weigert ze. Het heeft toch allemaal geen zin meer. 

Slide 25 - Tekstslide

Opdrachten 
maak opdracht 1 t/m 4 (blz 180)
opdracht 5 verslagje (blz 197)

Slide 26 - Tekstslide