2H grammatica les 4

   2.2 Grammatica       Welkom
Op je tafel:
Tablet/boek
schrift Nederlands



1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

   2.2 Grammatica       Welkom
Op je tafel:
Tablet/boek
schrift Nederlands



Slide 1 - Tekstslide

Planning 
  • Lesdoelen
  • Herhaling lijdende en bedrijvende zinnen (vragen + uitleg)
  • Huiswerk bespreken
  • Maken 2.2: vraag 1 t/m 8 (deel 1)
  • Lesdoelen check


Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van de les...
  • kun je lijdende zinnen omzetten naar bedrijvende zinnen.



Repetitie dinsdag:
zinsdelen, soorten onderwerpen, congruentiefouten en lijdend/bedrijvend.

Slide 3 - Tekstslide

Een lijdende zin heeft altijd een lijdend voorwerp.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

In een lijdende zin doet het onderwerp niets.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Noem een kenmerk van een lijdende zin.

Slide 6 - Open vraag

Bedrijvende zin = passief
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Hoe zet je een lijdende zin om naar een bedrijvende zin?
(Je mag kijken in je schrift!)

Slide 8 - Open vraag

Herhaling
Lijdende zinnen 
  • Deze herken je aan het onderwerp dat zelf niets doet. 
  • Het onderwerp van een lijdende zin ‘overkomt’ iets. 
  • Het hoort eigenlijk een lijdend voorwerp te zijn. 
  • Er is dus NOOIT een lijdend voorwerp in een lijdende zin. 
  • Daarnaast is een lijdende zin vaak erg vaag. Je moet weten hoe je een lijdende zin in de bedrijvende vorm zet. 

Lijdende zin = passief.
 

Slide 9 - Tekstslide

Herhaling
Bedrijvende zinnen 
Hierin is het onderwerp actief, het doet zelf iets. 
Bedrijvende zin = actief
Omzetting L -> B:
1. BWB met ‘door’ -> OND (‘door’ verdwijnt) 
2. Hww ‘worden’ -> verdwijnt
3. vdw -> wordt pv van de bedrijvende zin (let op de tijd!)

OND -> LV 

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
  • Gisteren werd die boze mail door Jan gestuurd. 
  • Gisteren stuurde Jan die boze mail.
  • Hij werd flink aangepakt door de teamleider.
  • De teamleider pakte hem flink aan.
  • Morgen zal het proefwerk afgenomen worden door SPB. 
  • SPB zal morgen het proefwerk afnemen.

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
  • Er werd hard gejuicht door het publiek.
  • Het publiek juichte hard.
  • De rekening moet betaald worden.
  • Hij moet de rekening betalen.

Slide 12 - Tekstslide

Antwoorden
1. Gisteren stuurde Jan die boze mail.
2. De teamleider pakte hem flink aan.
3. SPB zal morgen het proefwerk afnemen.
4. Het publiek juichte hard.
5. Hij moet de rekening betalen.

Slide 13 - Tekstslide

Maken 2.2
Deel 1 vraag 1 t/m 8 van 2.2 (blz. 100)
Klaar? Steek je vinger op en dan krijg je een werkblad.


timer
10:00
Met wie? Zelfstandig
Ik loop rond voor vragen.

Slide 14 - Tekstslide

Lesdoelen check
Wat beheers je nu?

Repetitie dinsdag: 
zinsdelen, soorten onderwerpen, congruentiefouten en lijdend/bedrijvend.

Slide 15 - Tekstslide

Zet de volgende zin om van lijdend naar bedrijvend:

"De rekensom wordt uitgelegd door de leraar."

Slide 16 - Open vraag

Zet de volgende zin om van lijdend naar bedrijvend:
"De pakjes werden gisteren gebracht door Sinterklaas."

Slide 17 - Open vraag

Hebben de oefenzinnen uit deze LessonUp je geholpen om de lijdende vorm beter te kunnen herkennen en zelf om te zetten naar de bedrijvende vorm?

Slide 18 - Open vraag