GHZ omgangskunde les 6

GHZ omgangskunde les 6
Begeleiden bij het aanleren en behouden van vaardigheden
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

GHZ omgangskunde les 6
Begeleiden bij het aanleren en behouden van vaardigheden

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen
De student​:

 − Begeleidt een zorgvrager met NAH rekening houdend met de specifieke problematiek die bij NAH ontstaat.​
 − Begeleidt de zorgvrager met NAH m.b.t. verlies van vaardigheden. ​
− Begeleidt de naasten van de zorgvrager met NAH. 


Slide 2 - Tekstslide

Welke factoren bepalen de verschillen in herstel na letsel?

Slide 3 - Open vraag

Herstel 
- Plek van het letsel​

- Mate van beschadiging​
- Persoonlijke eigenschappen​
- Acuut (beroerte, ongeluk) of progressief (ziekte, tumor)letsel


Slide 4 - Tekstslide

Herstelfases
Acute fase: ​

vaak bewustzijnsverlies, coma (reactie van lichaam, zodat alle energie naar herstel gaat)​

Herstelfase:​
Hersenen komen weer op gang, ​
Functies worden door andere hersengebieden overgenomen​
Eerste half jaar spontaan herstel​
Daarna herstel door "actieve" revalidatie ​
Deze fase duurt ongeveer anderhalf jaar​

Chronische fase:​
(bijna) geen herstel meer​
Leren beperkingen te compenseren (dit proces gaat altijd door)​











Slide 5 - Tekstslide

Wat verliest iemand met NAH?

Slide 6 - Woordweb

Wat verliest iemand met NAH?


Verliezen betrekking op hersenfuncties en daarmee samenhangende lichamelijk functies​
Verschralen van sociale relaties​
Verlies van vanzelfsprekendheden: ​
Gezondheid​
Toekomstverwachtingen​
Idealen​
Stabiele gezinssituaties​
Werk en inkomen







Slide 7 - Tekstslide

Hoe ziet jouw rol in de begeleiding eruit? Waar let je op?

Slide 8 - Open vraag

Rol van begeleiden
* Belangrijk is dat de begeleiding wordt afgestemd op de zorgvrager.​


* Een duidelijk zicht op de mogelijkheden en beperkingen van de zorgvrager op cognitief, gedragsmatig, emotioneel en psychische gebied kan hierbij helpen.​

* Door af te stemmen bied je zorgvrager overzicht en structuur, dit helpt de zorgvrager te laten functioneren en het beste uit zichzelf te halen.​

* Begeleiding heeft als taak een evenwicht te vinden in:​
- de zorgvrager zijn of haar grenzen te laten vinden en te ervaren​
- waar nodig de zorgvrager te ‘betuttelen ’en beslissingen te nemen voor de zorgvrager.







Slide 9 - Tekstslide

Begeleidingsadviezen
Bejegening
Respect en waardigheid
Manier waarop iemand aangesprokken wordt
Informatie
Op de hoogte van de levensgeschiedenis​
Ondersteuningsplan​
Welke hulpvragen zijn er​
Overdracht



Gedrag
Affectief bewust:​
Bewust zijn van de cognitieve en emotionele niveau van het functioneren v/d zorgvrager en tegelijk ook bij jezelf.​
 Eerst wordt gebouwd aan een vertrouwensrelatie.


Slide 10 - Tekstslide

Begeleidingsadviezen
Emoties
Nah zorgvrager kan sterk beïnvloed worden door sfeer of emoties in zijn omgeving​
Emoties ombuigen
Omgeving
Voor de zorgvrager overzichtelijk is
Hulpmiddelen



Communicatie
Duidelijk en concreet taalgebruik​
Benader iemand op zijn niveau​
Aandacht​
één ding tegelijk​
Duidelijke afspraken maken


Slide 11 - Tekstslide

Tempo
De vaardigheden van een zorgvrager kunnen per situatie en per dag erg verschillen. Dit kan verwarring oproepen of tot frustratie leiden voor beide partijen

Tempo van de zorgvrager aanhouden en geduldig zijn.

Slide 12 - Tekstslide

Wat kunnen valkuilen zijn in de begeleiding/zorgvrager mbt het tempo van een zorgvrager?

Slide 13 - Woordweb

Tempo valkuilen:
* Overschatting​

* Verbloemen​
* Geen inzicht​
* Te veel prikkels


Slide 14 - Tekstslide

Opdracht maken
"Zie werkblad"

Slide 15 - Tekstslide