Monniken&Ridders > Les 4 > Karel de Grote

Karel de Grote
Wie was Karel de Grote?
Wat is een kruistocht?
Hoe liep het af?
Wat betekent 'Hebban olla vogala'?


Monniken & Ridders: les 4
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Karel de Grote
Wie was Karel de Grote?
Wat is een kruistocht?
Hoe liep het af?
Wat betekent 'Hebban olla vogala'?


Monniken & Ridders: les 4

Slide 1 - Tekstslide

Kerndoel 52/53
Karel de Grote
heerser over een groot rijk
leenheren en leenmannen

Slide 2 - Tekstslide

Wat ga je leren?
Wie was Karel de Grote?
Wat is een kruistocht?
Hoe eindigt het tijdvak 'Ridders en Monniken'?
Wat betekent 'Hebban olla vogala'?

Slide 3 - Tekstslide

Ik ben 
Karel de Grote
Waarom zou ik bekend zijn?
Ben ik een monnik?
Ben ik een ridder? 
Ben ik een koning?
Ben ik een keizer? 
Waaraan herken je dat?

Slide 4 - Tekstslide

De vader van Europa
Van alle koninkrijken is er een koning die er weer één rijk van maakt. Die koning heet Karel de Grote. Omdat hij er één rijk van maakt, lijkt dit op het huidige Europa, noemen we hem de 'vader van Europa.'
Dankzij hem hebben we niet meer zoveel kleine koninkrijkjes maar veel grotere koninkrijken, die later landen werden. Karel werd zelfs keizer gemaakt!

Slide 5 - Tekstslide

Wat is de bijnaam
van Karel de Grote?

Slide 6 - Woordweb

Karel de Grote

(filmpje 03:14)

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Karel de Grote & onderwijs

(filmpje 02:05)

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Ik ben Karel de Grote
Koning Karel de Grote vocht graag en won deze gevechten vaak. Zo werd zijn rijk steeds groter. Zo groot, dat hij de baas was in bijna heel Europa. Zijn rijk werd het Frankische Rijk genoemd. In het jaar 800 kroonde de paus hem tot keizer. Keizer Karel de Grote van het Frankische Rijk.
Vazallen?
Keizer Karel de Grote bestuurde zijn enorme rijk niet alleen. Hij kreeg hulp van leenheren (vazallen). Deze trouwe helpers gaven hem advies. Ze hielpen de keizer ook tijdens oorlogen. In ruil voor hun hulp kregen de vazallen allemaal een stuk land. Dit land mochten ze zelf besturen.

Slide 11 - Tekstslide

Wat weet je nu over Karel de Grote
A
Het Frankische rijk werd z'n rijk genoemd
B
Hij werd door de paus tot keizer gekroond
C
Hij verdeelde zijn land. Vazallen (leenheren) kregen een stuk
D
Karel de Grote kreeg je niet snel klein.

Slide 12 - Quizvraag

Wat ga je leren?
Wie was Karel de Grote? ✔
Wat is een kruistocht?
Hoe eindigt het tijdvak 'Ridders en Monniken'?
Wat betekent 'Hebban olla vogala'?

Slide 13 - Tekstslide

Wat is een kruistocht?
Het Romeinse rijk was verdwenen. Nu waren er veel verschillende koninkrijkjes. Die allemaal erg godsdienstig waren. Maar de Islam wordt populair in het Oosten en de moslims vinden dat Jeruzalem ook van hen is. 
Dus is er ruzie om de heilige stad Jeruzalem. 
1
Een heilige oorlog!
De kerk roept gelovigen op om naar Jeruzalem te gaan. De christelijke kerk toept een heilige oorlog uit tegen de moslims. 
Jeruzalem is 3000 km ver weg! Boeren en werklui gaan op pad. Maar het zijn natuurlijk geen soldaten. Onderweg gaan er veel mensen dood van vermoeidheid, honger en ziekte. 
2

Slide 14 - Tekstslide

Ik heb een kruis op mijn borst
Ik ben een ridder, ik heb een kruis op mijn borst. Dat is het kruis van mijn geloof. Ik ben vanuit mijn eigen land op weg naar de heilige stad Jeruzalem. Om daar de heilige stad te bevrijden. 
Soldaten
De soldaten die ik heb zijn mijn boeren. Ze werken op mijn land. ze noemen mij 'leenman'.  Ik noem mijn boeren 'horigen'. 
Ik laat ze voor mij vechten. 

Slide 15 - Tekstslide

Oorlog in Jeruzalem
Van de 100.000 arme mensen en ridders die vertrokken, blijven er maar 15.000 over. Toch weten ze de stad Jeruzalem te bevrijden. Maar het kost veel levens. Uiteindelijk sluiten de Joden, Christenen en Moslims vrede en wonen ze samen in de stad.  Nog veel vaker zou er ruzie zijn, en zouden er kruistochten komen...
(Is er nu vrede in Jeruzalem?)

Slide 16 - Tekstslide

Geloof tegen geloof
Hoe kan het toch dat we geloven in (een) God, en zo met elkaar omgaan? Een heilige oorlog voeren. 'Omdat God het wil'. 
(Wat denk jij? Is dat zo?)

Filmpje
Filmpje
Lang filmpje

Slide 17 - Tekstslide

Wat ga je leren?
Wie was Karel de Grote? ✔
Wat is een kruistocht? ✔
Hoe eindigt het tijdvak 'Ridders en Monniken'?
Wat betekent 'Hebban olla vogala' ?

Slide 18 - Tekstslide

Hoe liep het af?
We zijn nog maar op de helft. We hebben het over de Vroege Middeleeuwen gehad. Van het jaar 500 tot het jaar 1000. 
(Je hebt geleerd over: ridders, kastelen, hofstelsel, horigen, monniken, missionarissen, Willibrord, Bonefatius, Karel de Grote)

Hoe gaan we verder?
Na de Vroege Middeleeuwen komen de Late Middeleeuwen (1000-1500). We sluiten af met de oudste Nederlandse tekst.

Slide 19 - Tekstslide

Wat ga je leren?
Wie was Karel de Grote? ✔
Wat is een kruistocht? ✔
Hoe eindigt het tijdvak 'Ridders en Monniken'? ✔
Wat betekent 'Hebban olla vogala'?

Slide 20 - Tekstslide

Hebban olla vogala
Dit is een stuk papier met tekst. Het is door een monnik geschreven. 
Het is geschreven in het Latijns. (Van koning Latinus, van Aeneas, weet je nog?) Latijns is een oude Romeinse taal, die de kerk ook gebruikte. 
Oudste Nederlandse geschreven zin
Er staat: Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu, wat unbidan we nu?
Die zin is 1000 jaar oud. De vertaling is:
Hebben alle vogels nesten begonnen, behalve ik en jij. Waarop wachten we nu? 

Slide 21 - Tekstslide

Wat is het?
We denken dat het een oud liefdesliedje is. De zin werd in ca. 1100 opgeschreven door een monnik. Maar een monnik mag niet trouwen...
Wel een leuk gedicht!

Slide 22 - Tekstslide

Bijbel
Deze bijbel is met de hand geschreven en gemaakt. Een monnik kon er wel twee jaar mee bezig zijn. Ee monnikenwerk. Ook de tekeningen moesten gemaakt worden. Vaak was de eerste letter heel groot en mooi versierd. De rest van de letters zijn ook erg sierlijk. We noemen deze schrijfkunst: kalligrafie.

Slide 23 - Tekstslide

OPDRACHT BEGELEID WERKEN: letterzetten.
  • Eerst schrijf je een kort gedichtje op papier. Een elfje, bijvoorbeeld. Of zoek een mooie psalm uit de bijbel. 
  • Sla de allereerste letter over! Houd het papier tegen het raam. 
  • Teken de letters in spiegelbeeld over. Houd deze kant naar voren.
  • Loop naar één van de drie drukpersjes. 
  • Trek een handschoentje aan. 
  • Pak de letters en 'zet' je tekst letter voor letter op de pers.

1
OPDRACHT BEGELEID WERKEN: letterzetten.
  • Pak papier
  • Rol de letters in met inkt en druk af. 
  • Doe het nog een keer en kies de beste afdruk en laat drogen
  • Maak ondertussen de letters en roller zorgvuldig schoon!
  • Ontwerp een sierlijke allereerste letter van je tekst.
Gefeliciteerd: je kunt letterzetten! 
2

Slide 24 - Tekstslide

Wat ga je leren?
Wie was Karel de Grote? ✔
Wat is een kruistocht? ✔
Hoe eindigt het tijdvak 'Ridders en Monniken'? ✔
Wat betekent 'Hebban olla vogala'?✔

Slide 25 - Tekstslide

Bedankt voor je inzet.
  • Schuif je stoel aan
  • Ruim je spullen op
  • Verlaat het lokaal rustig

Slide 26 - Tekstslide