De 11 executieve functies
Reactie-inhibitie: nadenken voordat je iets doet.
Werkgeheugen: dingen/taken kunnen onthouden.
Emotieregulatie: emoties onder controle houden en weten wanneer je welke kunt laten zien.
Volgehouden aandacht: concentratie tijdens een les of een activiteit.
Taakinitiatie: het snel kunnen beginnen aan een taak of opdracht
Planning/prioritering: planning maken en weten wanneer je wat gaat uitvoeren.
Organisatie: dingen kunnen organiseren in je hoofd en werk.
Timemanagement: tijd inschatten, verdelen en deadlines halen.
Doelgericht gedrag: vanuit een doel gaan werken en doorzetten om dit te behalen.
Flexibiliteit: flexibel omgaan met veranderingen en tegenslag.
Metacognitie: een stapje terug doen om jezelf en de situatie te overzien en te evalueren