Moeilijk Verstaanbaar Gedrag

Moeilijk verstaanbaar gedrag 
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Moeilijk verstaanbaar gedrag 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt bedoeld met de term moeilijk verstaanbaar gedrag?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Probleemgedrag, ook wel onbegrepen of moeilijk verstaanbaar gedrag genoemd, komt regelmatig voor bij mensen met een verstandelijke beperking. Er zijn geen harde criteria om gedrag als problematisch te definiëren, maar denk bijvoorbeeld aan agressief, zelfverwondend, teruggetrokken of angstig gedrag.
Wat voor moeilijk verstaanbaar gedrag kom jij op stage tegen?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden
Alle gedragingen die door de zorgvrager of zijn omgeving als problematisch wordt gezien. 
Denk hierbij aan: 
- Verbale en/of fysieke agressie
- Weglopen
- IJsberen
- Roepen, gillen, schreeuwen
- Manipulerend en/of claimend gedrag
-  Het weigeren van zorg.
- ....

Voor zorgverleners is het vaak een uitdaging om hiermee om te gaan. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Moeilijk verstaanbaar gedrag is niet het probleem 
Moeilijk verstaanbaar gedrag is te vergelijken met koorts. 
Het is een manier om aan te geven dat er sprake is van een ander probleem. Je kunt koorts behandelen met bijvoorbeeld een paracetamol, maar daarnaast moet je ook onderzoeken waar de koorts vandaan komt. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden
internaliserend gedrag

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Automutilatie (zelfbeschadiging)
  • De zorgvrager verwondt zichzelf of doet zichzelf pijn, soms met hulpmiddelen. 
  • Komt regelmatig voor in de gehandicaptenzorg en GGZ.
  • Het kan een reactie zijn op onvervulde behoeften. Of de zorgvrager kan geleerd hebben dat automutilatie hem iets oplevert, zoals aandacht.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden externaliserend gedrag

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
1:00
Wat kan jij doen bij
moeilijk verstaanbaar
gedrag?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

wat kon er volgens jou anders in dit filmpje?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Signaleringsplan
Een signaleringsplan kan helpen bij zorgvragers met probleemgedrag. Soms bouwt spanning of frustratie zich op. Als je op tijd ingrijpt, voorkom je problemen. In het signaleringsplan kan iedereen lezen wat de signalen bij deze zorgvrager zijn. En wat dan de beste aanpak is.
In een signaleringsplan beschrijf je:
  • situaties die spanning of frustratie oproepen bij de zorgvrager
  • de eerste tekenen dat de zorgvrager zich onprettig voelt
  • maatregelen die de zorgvrager geruststellen of kalmeren
  • wat je vooral níet moet doen als de zorgvrager zich onprettig voelt
  • hoe probleemgedrag eruitziet
  • afspraken over ingrijpen bij probleemgedrag
  • wat je vooral níet moet doen bij probleemgedrag
  • afspraken over wie gewaarschuwd moet worden

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke gevoelens en gedachten roept het moeilijk verstaanbaar gedrag van de cliënt bij jou op?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Affectief: gevoelsleven/gevoel

Slide 23 - Tekstslide

Expressed emotion staat voor de mate waarin kritiek, vijandigheid of emotionele overbetrokkenheid wordt geuit naar een persoon. Het blijkt psychiatrische problemen zoals een depressie in stand te houden of nieuwe psychotische episodes te kunnen uitlokken. De term zou vertaald kunnen worden als geuit gevoel.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

einde les

Wat is jou het meest bijgebleven?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Filmpje van Jolanda
Filmpje van Brandon

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

2010

Slide 29 - Video

2010
Wat denken jullie als jullie dit zien?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat houdt de wet zorg en dwang in?

Slide 31 - Open vraag

De Wet zorg en dwang (Wzd)
De Wet zorg en dwang (Wzd) vervangt sinds 1 januari 2020 de Wet Bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz). De Wzd beschermt zorgvragers met dementie of een verstandelijke beperking in situaties waarin dwangbehandeling noodzakelijk is. De term dwangbehandeling wordt vervangen door onvrijwillige zorg. Uitgangspunt van de Wzd is dat onvrijwillige zorg niet mag worden gegeven, tenzij het niet anders kan.

In de instelling en thuis
De Wet zorg en dwang geldt niet alleen in zorginstellingen, maar bijvoorbeeld ook in de thuissituatie en in kleinschalige woonvormen. Onvrijwillige zorg kan worden toegepast op de plek waar de zorgvrager zich bevindt, dus ook thuis. De instellingen waar zorgvragers verblijven die onvrijwillige zorg ontvangen, worden geregistreerd. Deze instellingen worden in de wet accommodaties genoemd. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) houdt toezicht op de juiste uitvoering van onvrijwillige zorg in geregistreerde accommodaties.
Onvrijwillige zorg is een uitzondering
In de Wet zorg en dwang is onvrijwillige zorg een uitzondering. Onvrijwillige zorg mag niet worden toegepast, tenzij het niet anders kan.

Bij onvrijwillige zorg moet er sprake zijn van een ernstig nadeel voor de zorgvrager of voor anderen. Denk bijvoorbeeld aan:
Iemand met dementie. Deze zorgvrager mag niet van het terrein van de zorginstelling af, want hij zou verdwalen.
Iemand die nog thuis woont en zichzelf verwaarloost. Hij zal tegen zijn wil moeten douchen.
Mensen met een verstandelijke beperking die zichzelf soms systematisch verwonden. Zij moeten ’s nachts in een speciale bedstee met zachte wanden slapen. Die bedstee is afgesloten.
  • Mensen die geen remmingen kennen bij het eten of drinken. De koelkast moet dan op slot om gezondheidsschade te voorkomen.
Noem voorbeelden van middelen en maatregelen:

Slide 32 - Woordweb

Middelen en Maatregelen zijn beveiligingsmaatregelen, die worden toegepast als overbrugging in een acute en tijdelijke noodsituatie. Hiervan is sprake als de patiënt een acuut gevaar vormt voor zichzelf of voor anderen, of wanneer een meer dan normale kans aanwezig is dat een dergelijke situatie zich zal voordoen.

Vaak gaat het om dezelfde middelen die ter overbrugging van tijdelijke noodsituaties mogen worden toegepast: afzondering, fixatie, separatie, medicatie, vocht, of voeding. Maar ook andere vormen van dwangbehandeling kunnen voorkomen, zoals elektroconvulsietherapie (ECT) en beperking van de bewegingsvrijheid.

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies