Spelling groep 5 blok 5, week 2, les 4
1 / 13
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Verzin zoveel mogelijk komma-s woorden
Slide 3 - Woordweb
Hoe vind je het onderwerp?
A
de zin vragend maken
B
de zin in de verledentijd noemen
C
wie of wat + persoonsvorm
Slide 4 - Quizvraag
Hoe vind je de persoonsvorm?
A
wie of wat vragen
B
de zin vragend maken
C
de zin omdraaien
Slide 5 - Quizvraag
Wat is het onderwerp?
Zullen we schuilen voor de wind?
Zullen we schuilen voor de wind?
Slide 6 - Open vraag
Wat is het onderwerp?
Jan en Jaap roeien in de verkeerde richting
Jan en Jaap roeien in de verkeerde richting
Slide 7 - Open vraag
Wat is de persoonsvorm?
Het openbaar vervoer ligt plat in het vernieuwde centrum
Het openbaar vervoer ligt plat in het vernieuwde centrum
Slide 8 - Open vraag
Wat is de persoonsvorm?
De oude opa's zitten bij het riviertje
De oude opa's zitten bij het riviertje
Slide 9 - Open vraag
Wat is het onderwerp?
De oude opa's zitten bij het riviertje
De oude opa's zitten bij het riviertje
Slide 10 - Open vraag
Schrijf op
Slide 11 - Open vraag
Schrijf op
