NOVA T4 Basisstof 5

• Nask / Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

	Djano
Gaby	Romy
	Chéden
	Keano

	Aneidy
	Sara
	Jahvendrix
	Anouk
	Chabo

	Sey
	Pavel
	Kim
	Omar

                              bord

HUISWERK CONTROLE

LEG JE BOEK KLAAR

en je begrippenlijst

r

a

a

m

Elektriciteit

1. Batterijen 

2. Spanningsbronnen

3. De stroomkring

4. Schakelingen

5. Vermogen en energie

6. Veiligheid

Vandaag

Absentie, zorg dat je spullen op tafel liggen

Vorige les..

Doel van de les

Uitleg 

Opdrachten

Nakijken

Doel van de les en afsluiting

Je kunt uitleggen hoe je lampen en andere apparaten in serie schakelt.

Je kunt uitleggen waarom in een serieschakeling van lampen de stroomkring onderbroken is als er één lamp kapot is.

Je kunt uitleggen waarom in een parallelschakeling apparaten apart aan en uitgezet kunnen worden.

Je kunt beschrijven waarom een parallelschakeling twee of meer stroomkringen heeft.

Elke kleur is een andere stroomkring. 

1. Parallel schakeling
2. Serie schakeling

1. Parallel schakeling
2. Serie schakeling

1. Parallel schakeling
2. Serie schakeling

1. Parallel schakeling
2. Serie schakeling

1. Parallel schakeling
2. Serie schakeling

1. Parallel schakeling
2. Serie schakeling

blz 229 - 238

opdr 1 - 10

Doel van de les

Je kunt...
-benoemen dat elektrische apparaten energie verbruiken.

-uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.

-watt en kilowatt naar elkaar omrekenen.

-met de standen van de kilowattuurmeter berekenen hoeveel energie je verbruikt.

-berekenen hoeveel je moet betalen voor elektrische energie.

Uitleg: Je kunt benoemen dat elektrische apparaten energie verbruiken. 

Het vermogen is de elektrische energie die een apparaat elke seconde verbruikt. 

Het vermogen staat op een typeplaatje van een apparaat. Dit geeft de informatie over het apparaat. 
Eenheid : Watt (W)

Een apparaat kan: water koken, muziek afspelen, beelden verzenden.

Je kunt watt en kilowatt naar elkaar omrekenen.

1 Kilo Watt = 1000 Watt

< je mag dus ook zeggen : 

                      2.4 kW

4000W = 4 kW

1. Waar
2. Niet waar

500W = 5 kW

1. Waar
2. Niet waar

Je kunt met de standen van de kilowattuurmeter berekenen hoeveel energie je verbruikt.

Meterkast in je huis = energiestand om energieverbruik te meten

kWh = kilowatt uur

Je kunt berekenen hoeveel je moet betalen voor elektrische energie.

normale prijs : 

1 kWh = 0.23 cent

Tegenwoordig : 

1 kWh = 0.74 cent

(verschil in) Meterstand x prijs 

Vorig jaar: 62 195 kWh
Dit jaar: 63 865 kWh
Prijs = 1 kWh is 0.23 euro

1. 62 195 kWh
2. 63 865 kWh
3. 0.23 cent
4. 384.10 euro

Wat is de som: Vorig jaar: 62 195 kWh
Dit jaar: 63 865 kWh
Prijs = 1 kWh is 0.23 euro

Aan de slag!

Maken : opdracht 1 t/m 17 (blz 242 t/m 247)

Klaar? Laten aftekenen

Laatste 5 minuten afsluiten!

Hoe schrijf ik kilowatt in afkorting?

1. kW
2. kWh

hoeveel kW is 1400 Watt?

1. 140 kW
2. 14 kW
3. 1.4 kW
4. 0.14 kW

hoeveel Watt is 3,8 kW?

1. 380 Watt
2. 3.800 Watt
3. 0.038 Watt

Doel van de les

Je kunt...
-benoemen dat elektrische apparaten energie verbruiken.

-uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.

-watt en kilowatt naar elkaar omrekenen.

-met de standen van de kilowattuurmeter berekenen hoeveel energie je verbruikt.

-berekenen hoeveel je moet betalen voor elektrische energie.