NOVA T4 Basisstof 5

Elektriciteit
1. Batterijen 
2. Spanningsbronnen
3. De stroomkring
4. Schakelingen
5. Vermogen en energie
6. Veiligheid
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Elektriciteit
1. Batterijen 
2. Spanningsbronnen
3. De stroomkring
4. Schakelingen
5. Vermogen en energie
6. Veiligheid

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Absentie
Vorige les..
Doel van de les
Uitleg 
Opdrachten
Nakijken
Doel van de les en afsluiting

Slide 2 - Tekstslide


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 3 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 4 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 5 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 6 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 7 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 8 - Quizvraag

Doel van de les
Je kunt...
-benoemen dat elektrische apparaten energie verbruiken.
-uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.
-watt en kilowatt naar elkaar omrekenen.
-met de standen van de kilowattuurmeter berekenen hoeveel energie je verbruikt.
-berekenen hoeveel je moet betalen voor elektrische energie.

Slide 9 - Tekstslide

Uitleg

Het vermogen is de elektrische energie die een apparaat elke seconde verbruikt 

Eenheid : Watt (W)

Slide 10 - Tekstslide

Uitleg

1 Kilo Watt = 1000 Watt

< je mag dus ook zeggen : 
                      2.4 kW

Slide 11 - Tekstslide

Uitleg
Meterkast in je huis > energiestand om energieverbruik te meten

kWh > kilowatt uur

Slide 12 - Tekstslide

Uitleg
normale prijs : 
1 kWh = 0.23 cent

Tegenwoordig : 
1 kWh = 0.74

(verschil in) Meterstand x prijs 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Aan de slag!

Maken : opdracht 1 t/m 17 (blz 242 t/m 247)

Klaar? Laten aftekenen en nakijken

Laatste 5 minuten afsluiten!

Slide 15 - Tekstslide

Hoe schrijf ik kilowatt in afkorting?
A
kW
B
kWh

Slide 16 - Quizvraag

hoeveel kW is 1400 Watt?
A
140 kW
B
14 kW
C
1.4 kW
D
0.14 kW

Slide 17 - Quizvraag

hoeveel Watt is 3,8 kW?
A
380 Watt
B
3.800 Watt
C
0.038 Watt

Slide 18 - Quizvraag

Doel van de les
Je kunt...
-benoemen dat elektrische apparaten energie verbruiken.
-uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.
-watt en kilowatt naar elkaar omrekenen.
-met de standen van de kilowattuurmeter berekenen hoeveel energie je verbruikt.
-berekenen hoeveel je moet betalen voor elektrische energie.

Slide 19 - Tekstslide