Informatie bij de dia:Bij elk van deze afbeeldingen hoort een vraag die in het werkboek staat geschreven en die al gemaakt is door de leerlingen. Dit controleert de docent voorgaande het bespreken van de vragen:
De docent vergroot de eerste foto.
+ Vraag 1/ Afbeelding 1:
Lees de intro. De Last Post blazen komt oorspronkelijk uit Engeland. Bedenk een reden waarom de Belgen juist deze muziek kozen voor de herdenkingsceremonie.
De docent laat een aantal van de leerlingen hun antwoord voorlezen. De docent gaat vervolgens in op de verschillende antwoorden die de leerlingen hebben gegeven. Onder het ingaan op de vragen vraagt de docent wat ze hier op de foto zien en hoe dit bij het antwoord dat ze gegeven hebben past. De docent gaat hier ook nog even op in. En geeft dan uiteraard het antwoord aan de hand van de gegeven antwoorden(die heeft de docent op het bord geschreven).
De docent vergroot de tweede afbeelding.
Vraag 2/ Afbeelding 2:
Bekijk HB bron 1. Wat is de reden dat juist een stad als Ieper zo zwaar werd getroffen?
A. Ieper lag aan de kust.
B. Ieper lag aan het front.
C. In Ieper zat de Belgische regering.
D. In Ieper zat het ondergrondse verzet.
De docent bespreekt de opdracht met de leerlingen, door de leerlingen hun antwoord te vragen. De docent gaat dan ook nog even terugblikken op Ieper door te zeggen dat het inderdaad aan het front lag en daardoor helemaal kapotgeschoten is.
De docent gaat naar afbeelding 3.
Vraag 3/ Afbeelding 3:
Bekijk HB bron 1 en bron 2. Om welke twee redenen zullen veel Belgen voor Nederland hebben gekozen?
1. Belgen houden van aardappelen.
2. België grenst aan Nederland.
3. De meeste Belgen hadden familie in Nederland.
4. In Nederland stonden veel huizen.
5. Nederlanders en Vlaamse Belgen kunnen elkaar makkelijk verstaan.
Dit gaat de docent ook met de leerlingen bespreken door een aantal leerlingen aan te wijzen en hun antwoord te laten geven. Vervolgens vraagt de docent om een reden te benoemen die niet in dit rijtje staat waarom de Belgen voor Nederland als toevluchtoord hebben gekozen. Hier gaat de docent ook kort op in en zegt dat ze in de komende 2 lessen daar meer over te horen krijgen.
Vraag 4/ Afbeelding 4:
Een klein deel van België bleef onbezet. Het Belgische leger hield daar vier jaar lang stand tegen de Duitsers. Noem twee redenen waarom dit mogelijk was.
De docent spreekt deze opdracht met de leerlingen na en gaat dan vervolgens naar de afbeelding. Daar vertelt hij bij, dat de de Belgische koning de opdracht had gegeven om het land(dan wijst de docent het ondergelopen stuk aan) onde water te laten lopen ter verdediging van Dunkirk en Calais in Frankrijk, want als die steden in de handen van de Duitsers kwamen zouden komen zou de oorlog de ander kant op slaan. Koste wat het kost moesten deze steden in handen blijven van de Belgen/Britten/Fransen.
De docent gaat naar afbeelding 5/6:
Vraag 5/ Afbeelding 5/6:
De Belgische oorlog had zwaar te lijden tijdens de oorlog. Noem hiervoor 2 oorzaken.
De docent gaat een aantal leerlingen af om te kijken naar wat ze hebben geantwoord op deze vraag. De docent vraagt vervolgens hoe het antwoord van hun in deze afbeelding terug te zien is (als de docent ziet dat het antwoordt ook terug te zien is in de afbeelding). De docent laat de leerlingen vervolgens beredeneren waarom ze dat denken en gaat vervolgens door naar de laatste HW vraag.
De Duitsers traden hard op tegen de Belgische burgers die verzet pleegden. Bedenk een reden hiervoor.
Hier gaat de docent kort op in door te vragen wat de leerlingen hebben geantwoord en gaat dan vervolgens vertellen waarom de Duitsers zo streng optraden (De Duitsers konden geen verzet gebruiken. Als je streng straft, ligt de drempel hoger om je tegen de Duitsers te verzetten).
Zouden jullie je hebben verzet tegen de Duitsers?