Lezen H3 3Mavo

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Lezen H3 

Begrippen: Signaalwoorden en Tekstverbanden
Doel: Aan het einde van de les weet je wat signaalwoorden en wat tekstverbanden zijn. 

Lezen

Wat is de juiste vorm van het werkwoord in de volgende zinnen: 

WW- spelling

1. Wat is het meest gezochte/gezochtte boek in de bibliotheek?

1. Gezochte
2. Gezochtte

2. Tims gescheidden/gescheiden ouders wonen vlak bij elkaar.

1. gescheidden
2. gescheiden

3. Savanna bestede/ besteedde veel aandacht aan haar make-up

1. bestede
2. besteedde

Medina's lievelingseten is lamsfilet met geplete/geplette peper.

1. geplete
2. geplette

5. Jelle was tevreden over de geboden/gebode service bij de kapper.

1. geboden
2. gebode

6. De Jury van de bakwedstrijd proefde alle bereidde/ bereide taarten.

1. bereidde
2. bereide

Signaalwoorden 

Lezen

Wat zijn signaalwoorden ook alweer?

Tekstverbanden

Zijn zinnen en alinea's die in de tekst met elkaar te maken hebben. Het doel is dat de lezer de tekst beter kan begrijpen. 

Lezen

Opsomming

Als je iets opsomt, dan noem je verschillende dingen die met elkaar te maken hebben. 

Lezen

Signaalwoorden:

ten eerste, ten tweede, om te beginnen, ook (nog), verder, bovendien, tevens, daarnaast, tenslotte, en. 

Opsomming kun je ook herkennen aan opsommingstekens. (;,-dots)

Lezen

Noem twee signaalwoorden van een opsomming

Tegenstelling

Bij een tegenstelling wordt er vaak tegen gesproken. Dit staat ook al in het woord. 

Voorbeeld: Veel jongeren willen graag in de vakantie wat bijverdienen, maar er is dit jaar te weinig vakantiewerk. 

Lezen

Signaalwoorden: 

tegenover, maar, hoewel, echter, toch, daarentegen, aan de ene kant... aan de andere kant. 

Lezen

Voorbeeld (toelichting)

Bij een voorbeeld of toelichting leg je uit wat je bedoelt door middel van een voorbeeld of toelichting. 

Voorbeeld: Je kunt afspraken voor een stage laten vastleggen in een stageovereenkomst. Denk aan het aantal uren dat je per week werkt. 

Lezen

Signaalwoorden: 

bijvoorbeeld, zo, zoals, neem nou, denk aan, onder andere, ter illustratie. 

Lezen

Maken opdracht 1 en 2 

blz. 69 en blz. 70

Tekstverbanden en signaalwoorden