Hoe het verhaal in elkaar zit met alles wat er gebeurt; alle ontwikkelingen, veranderingen en hoe het afloopt.
Slide 12 - Tekstslide
Plot spannend maken
Wisselen in verhaallijnen van verschillende personages.
De verhaallijn afkappen. Op het moment dat de spanning het hoogst is, stopt het verhaal. Dat noemen we een cliffhanger.
Ontknoping zo lang mogelijk uitstellen.
Je op het verkeerde spoor zetten. Je denkt te weten wie bijvoorbeeld de dader is, maar dan blijkt het toch iemand anders te zijn. Dit noemen we een plotwending of plottwist.
Slide 13 - Tekstslide
Een detective of politieserie begint vaak met de misdaad. Je weet al wat er is gebeurd, alleen nog niet hoe. Hoe noemen we deze techniek?
A
wisselen in verhaallijn
B
cliffhanger
C
uitstellen van de ontknoping
D
plottwist
Slide 14 - Quizvraag
Bij welke techniek zet de schrijver je op het verkeerde been?
A
wisselen in verhaallijn
B
cliffhanger
C
uitstellen van de ontknoping
D
plottwist
Slide 15 - Quizvraag
Lees fragment 1
In dit fragment zijn 2 plotwendingen aan te wijzen. Welke 2?
Je kan ze zo in de volgende dia benoemen.
Slide 16 - Tekstslide
Welke twee plotwendingen heb je net gelezen?
Slide 17 - Woordweb
Fragment 1 komt uit het eerste hoofdstuk van 'De Passievrucht'. In de rest van het boek probeert Armin erachter te komen wie de vader van zijn zoon is. Hoe noem je deze techniek?