In de radio’s van die tijd, en dat duurde tot in de zestiger jaren, werden zogenaamde radiobuizen gebruikt. Philo, inmiddels 15 jaar, bedacht dat die ook gebruikt zouden kunnen worden om beelden draadloos over afstand te verzenden. Maar hoe, dat was nog een raadsel. Tot hij op een dag over het aardappelveld van hun boerderij uitkeek en hem opviel dat dat veld bestond uit allemaal parallel lopende voren. Plotseling zag hij het voor zich: een televisiebeeld dat opgebouwd werd door parallel lopende lijnen. Dit idee zou vele decennia lang de basis voor de werking van televisie zijn. In de jaren twintig ging Philo experimenteren met zijn idee, wat mogelijk werd gemaakt doordat bedrijven in hem wilden investeren. Zij zagen toekomst in zijn idee. Na lange jaren van experimenteren lukte het hem om een soort prototype van de televisie te bouwen, dat het mogelijk maakte een beeld met één lijn te verzenden. Deze doorbraak bevrijdde televisie van haar afhankelijkheid van draaiende schijven en andere mechanische delen.