Zugspitze, Schritt 18, les 1, periode 3

Willkommen, heute ist Freitag
der 5. April 2024
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Willkommen, heute ist Freitag
der 5. April 2024

Slide 1 - Tekstslide

Lernziel(e)
1. Weet je aan het einde van de les wat het persoonlijk voornaamwoord in de 1e en de 4e naamval is.

2. Kun je de nieuwe woorden van Schritt 18 in opdrachten invullen. 

Slide 2 - Tekstslide

Programma:

* Leer je de nieuwe woorden uitspreken
* Krijg je uitleg over de nieuwe grammatica
* Ga je met opdrachten aan de slag. 





Slide 3 - Tekstslide

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?
Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?

Slide 4 - Tekstslide

HUISWERK nakijken
1. Maak online in je boek van Kapitel 5, A Sehen, Aufg. 1,2,3
2. Klaar? Maak in je BOEK van Kapitel 5, B Wortschatz
    Aufg. 4, 5, 6, 7, 10
3. Schrijf dan de woorden van Kapitel 4
    Nederlands - Duits in je schrift!

Slide 5 - Tekstslide

Studiewijzer

Slide 6 - Tekstslide

We lezen eerst samen:
De woorden van Aufgabe 4 van Schritt 18

Daarna maak je deze opdracht!

Slide 7 - Tekstslide

Uitleg nieuwe grammatica
Het persoonlijk voornaamwoord in de 1e en 4e NV naamval.


Slide 8 - Tekstslide

Stappenplan Grammatica
1. Zoek de PV -> Dit is altijd een werkwoord
2. Zoek dan het onderwerp -> wie + werkwoord
3. Zoek dan het lijdend voorwerp -> Wie/wat + PV + OW

Wir kennen ihn schon sehr lange 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

An die Arbeit 
1. Maak van Schritt 18
    Aufgabe 4, 5, 8, 10 

2. Klaar? Schrijf de nieuwe woorden Nederlands - Duits in je      schrift. Woord voor woord!

    


Slide 11 - Tekstslide

Kijk nu terug naar de lesdoelen:
1. Weet je aan het einde van de les wat het persoonlijk voornaamwoord in de 1e en de 4e naamval is.

2. Kun je de nieuwe woorden van Schritt 18 in opdrachten invullen. 

Slide 12 - Tekstslide

Hausaufgaben für nächste Woche, Kapitel 3

1.  Leren: werkwoorden haben / sein
                    zwakke werkwoorden tegenwoordige tijd
                    leren Wörterliste A, S. 41

2. Maken van Kap. 3:  
     3.3 t/m 3.6, 4.3,  5.2, 6.4, 8.2 , 19.4

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide