Vrijdag 3 april 1C

Vrijdag 3 april klas 1C
Lesdoel: Aan het einde van de les weet je hoe Nederland in de 16e eeuw bestuurd werd.
  • Nakijken h.5 basis 3 (blz 66-67)
  • Lees de uitleg in de LessonUp.
  • Lees van h.5 basis 4 de oriëntatie en basis 4.1 (blz. 96-97)
  • Maak opdracht 1 tot en met 6. (blz. 68)
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vrijdag 3 april klas 1C
Lesdoel: Aan het einde van de les weet je hoe Nederland in de 16e eeuw bestuurd werd.
  • Nakijken h.5 basis 3 (blz 66-67)
  • Lees de uitleg in de LessonUp.
  • Lees van h.5 basis 4 de oriëntatie en basis 4.1 (blz. 96-97)
  • Maak opdracht 1 tot en met 6. (blz. 68)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Voeg een foto toe van de nagekeken opdrachten.

Slide 4 - Open vraag

Nederland is niet altijd een eigen land geweest. Voor een lange tijd is Nederland een deel van Frankrijk, daarna Duitsland en later Spanje geweest. Daarna kwam pas het land dat we nu kennen. 
Nederland is een eigen land geworden na de 80-jarige oorlog tegen Spanje. In deze les kom je te weten hoe Nederland in de Spaanse tijd bestuurd werd, dus vóór de oorlog.

Slide 5 - Tekstslide




Het rijk van koning Filips II van Spanje rond het jaar 1550.
('Paises Bajos' betekent 'De Lage Landen')

Slide 6 - Tekstslide

Zoals je op de kaart zag is Filips II, de koning van Spanje (zie de afbeelding hierboven), rond 1550 de baas in Nederland, België en Luxemburg. Deze drie landen samen werden vroeger 'De Lage Landen' of 'De Nederlanden' ('Neder' is een oud woord voor 'laag') genoemd.

Slide 7 - Tekstslide

Vroeger duurde het lang om tussen verschillende gebieden te reizen. Reizen gingen per paard of per schip. Daarom was het voor Filips II erg moeilijk om alle losse delen van zijn rijk in zijn eentje te besturen. 

Verder had elk gebied zijn eigen wetten en regels. Dit maakte het voor Filips II erg moeilijk om bijvoorbeeld mensen belasting te laten betalen. Hij wilde graag een centraal bestuur hebben in de Nederlanden, zodat de gebieden minder macht zouden hebben en het bestuur dus makkelijker zou worden.

Slide 8 - Tekstslide

Om Filips II te helpen met het bestuur van zijn grote rijk had hij mensen in dienst. In de Nederlanden was de Landvoogd de baas namens Filips II. Een landvoogd is dus een bestuurder van een bepaald gebied, die gehoorzaamt aan een koning. een bekende landvoogd is Hertog van Alva (zie de afbeelding) Hij was dus de baas in de Nederlanden in naam van de Spaanse koning.

Slide 9 - Tekstslide

De Nederlanden waren verdeeld in zeventien gewesten. Een gewest is vergelijkbaar met een Nederlandse provincie van tegenwoordig. Elk gewest had een eigen stadhouder. De stadhouder moest zorgen voor orde en vrede in een gewest. Zij moesten de landvoogd gehoorzamen. Een bekende stadhouder is Willem van Oranje, hij was stadhouder van de gewesten Holland, Utrecht en Zeeland.

Slide 10 - Tekstslide

Lees nu de oriëntatie en basis 4.1 op bladzijde 96-97. 

Maak daarna opdracht 1 tot en met 6 in het werkboek (blz. 68) en voeg een foto toe op de volgende slide.

Slide 11 - Tekstslide

Voeg een foto toe van de gemaakte opdrachten.

Slide 12 - Open vraag