Nepnieuws: Feit of Fictie?

Nepnieuws: Feit of Fictie?
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Nepnieuws: Feit of Fictie?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze lessenserie kun je kritisch denken over de betrouwbaarheid van nieuws en nepnieuws herkennen. Je kunt betrouwbare nieuwsbronnen vinden en delen.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer de leerdoelen van de lessenserie.
Wat weet je al over nepnieuws?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is nepnieuws?
Nepnieuws is nieuws dat bewust verkeerd is geïnterpreteerd of verzonnen om een bepaalde agenda te bevorderen. Het kan misleidend zijn en feiten verdraaien.

Slide 4 - Tekstslide

Definieer wat nepnieuws is en waarom het belangrijk is om het te herkennen.

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden van nepnieuws

Slide 6 - Tekstslide

Bespreek verschillende voorbeelden van nepnieuws met de leerlingen.
Betrouwbaarheid beoordelen
Laat de leerlingen in kleine groepen nieuwsartikelen beoordelen op betrouwbaarheid. Geef ze een lijst met tips en trucs die ze kunnen gebruiken om de betrouwbaarheid te beoordelen (bijvoorbeeld: kijk naar de bron, zoek naar andere bronnen, controleer de feiten).

Slide 7 - Tekstslide

Geef de leerlingen de opdracht om nieuwsartikelen te beoordelen op betrouwbaarheid en gebruik hiervoor de tips en trucs die je hebt gegeven.
Betrouwbare bronnen
Bespreek met de leerlingen hoe ze betrouwbare bronnen kunnen vinden en waarom het belangrijk is om deze te gebruiken. Laat voorbeelden zien van betrouwbare nieuwsbronnen.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit hoe de leerlingen betrouwbare bronnen kunnen vinden en laat voorbeelden zien.
Digitaal object maken
Laat de leerlingen in kleine groepen een digitaal object maken waarin ze hun bevindingen delen over het onderwerp 'nepnieuws'. Het digitale object moet bestaan uit minstens twee van de volgende elementen: beeld, geluid, tekst en film. Het digitale object moet minstens drie weken lang beschikbaar zijn voor anderen.

Slide 9 - Tekstslide

Geef de opdracht om in kleine groepen een digitaal object te maken waarin ze hun bevindingen over nepnieuws delen. Geef instructies over het gebruik van beeld, geluid, tekst en film en hoe het object beschikbaar kan worden gesteld aan anderen.
Presenteren en bespreken
Laat de leerlingen hun digitale object presenteren en bespreek deze met de klas. Geef feedback op de betrouwbaarheid van de gepresenteerde informatie.

Slide 10 - Tekstslide

Geef de leerlingen de gelegenheid om hun digitale object te presenteren en bespreek deze met de klas. Geef feedback op de betrouwbaarheid van de gepresenteerde informatie.
Reflectie
Laat de leerlingen reflecteren op wat ze hebben geleerd over nepnieuws en betrouwbare bronnen. Bespreek de belangrijkste inzichten en wat ze kunnen doen om nepnieuws te voorkomen.

Slide 11 - Tekstslide

Laat de leerlingen reflecteren op wat ze hebben geleerd over nepnieuws en betrouwbare bronnen. Bespreek de belangrijkste inzichten en wat ze kunnen doen om nepnieuws te voorkomen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.