In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Beroeps Praktijk Vorming
Periode 1
Lesweek 4
Slide 1 - Tekstslide
Planning van vandaag.
- VOG aanvragen
- Contact /bellen met de BPV
Slide 2 - Tekstslide
VOG
Jullie moeten je VOG gaan aanvragen. Alleen met een geldige VOG kan je bpv starten!
Er zitten kosten aan verbonden
Jullie ontvangen één deze dagen een link voor een VOG-aanvraag verwachten in jullie schoolmail.
Studenten die ingeschreven staan bij OA krijgen een onderwijs VOG
Studenten die ingeschreven staan bij PW of bij dubbelkwalificatie krijgen een kinderopvang VOG
Jullie bpv start donderdag 7 november
Je loopt 8 uur per dag stage (in de D-week geen stage)
Slide 3 - Tekstslide
Bellen naar de bpv
Een prettig en professioneel telefoongesprek is niet alleen een visitekaartje voor jou, maar ook voor de school of de organisatie waar je voor werkt.
Maar hoe voer je nu eigenlijk een goed gesprek?
De eerste indruk heeft een invloed op het verdere verloop van het gesprek. En een goede en professionele indruk maak je alleen als je je goed hebt voorbereid.
Slide 4 - Tekstslide
Als jij met iemand contact moet opnemen, hoe doe je dat dan het liefste?
App'en
Mailen
Bellen
Anders
Slide 5 - Poll
Wat zou je kunnen doen om je voor te bereiden op een gesprek?
Slide 6 - Woordweb
De voorbereiding
Wanneer je zelf iemand opbelt, heb je het voordeel dat je je volledig kan voorbereiden op het gesprek. Doe dat dan ook!
Je voorbereiding bestaat uit 3 onderdelen!
Slide 7 - Tekstslide
1. Het doel
Als jij je naar je stageplek belt, wat zou dan het doel kunnen zijn van je telefoontje?
Welke informatie wil je dan te weten komen of welke informatie zou je zelf willen geven?
Slide 8 - Tekstslide
2. Wie
Waarom is het belangrijk om te weten naar wie je belt?
Slide 9 - Tekstslide
3. Welke aanpak
Nadat je het doel van je gesprek en de gesprekspartner (wie) in kaart hebt gebracht, kan je je aanpak bepalen.
Zeg je bijvoorbeeld het belangrijkste in het begin of op het einde van het gesprek?
Denk ook na over je intonatie, je zinsconstructie en je woordgebruik.
Maak vooraf ook een lijstje van wat je te zeggen en/of te vragen hebt zodat je niets vergeet als je moet terugbellen.
Slide 10 - Tekstslide
Wat heb je bij de hand wanneer je wil / gaat bellen?
A
Pen en papier
B
Je moeder
C
o Een redbull en een zak chips
D
Een playstation
Slide 11 - Quizvraag
Waar kan je het beste bellen?
A
Aan een drukke bushalte, want ik heb nu net even tijd terwijl ik op mijn bus wacht.
B
In een stille ruimte waar ik goede telefoonontvangst heb.
C
Thuis waar mijn kleine broer tv aan het kijken is
D
In de kelder, want daar word ik zeker niet gestoord. Ik heb er alleen niet zo een goed gsm-bereik
Slide 12 - Quizvraag
Bel angst
Veel mensen vinden telefoneren best stressvol of hebben zelfs angst om te bellen.
Hoe denk jij dat dat komt?
Slide 13 - Tekstslide
Wat doe je als als de BPV niet opneemt?
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Video
Vragen nav het videofragment
Waarom helpt het om eens diep in te ademen voor je belt?
Hoe kan je oefenen met telefoneren?
Wanneer de lijn slecht is en je niet goed begrepen hebt wat de ander gezegd heeft, wat doe je dan?
Slide 16 - Tekstslide
Welke vraag heb je nog aan het einde van deze les?