Week 6

WINTERWEEK 6
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

WINTERWEEK 6

Slide 1 - Tekstslide

Super goed: 

 Noa, Dennis, Sofie, Thijmen





Onvolledig:

Annet, Sarah F, Tara, Danko, Victor, Ruben, Wim, Niels, Nyck, Alejandra, 


Goed bezig:

Jesper, Lianne, Samuël, Ayman, Ytse, Sarah K, Jort, Jaylen, Kian

Aandacht

Blijf lezen...Kijk ook op:
Graafschapbibliotheken

Slide 2 - Tekstslide

Deze week
Bespreken toets
Uitleg schrijfwijze afkortingen
Maken opdrachten Spelling H4 (blz. 130)

Slide 3 - Tekstslide

Welke afkortingen ken je?

Slide 4 - Woordweb

Verkorten van woorden

Afkorting (z.g.a.n., d.w.z., n.a.v.)
Letterwoord (havo, mavo, pin)
Initiaalwoord (wc, cd, dvd, NS)
Verkorting (intro, horeca, airco, wifi)
Symbool (g, l, cm, ml, GB)

Slide 5 - Tekstslide

Wat is de term voor afkortingen zoals Wajong, pin en havo?
A
afkorting
B
letterwoord
C
initiaalwoord
D
verkorting

Slide 6 - Quizvraag

Je mag afkortingen gebruiken in een zakelijke brief, zoals bijv. m.v.g. n.v.t. etc.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Radio Télévision Luxembourg-RTL

1. Schrijf afkortingen met kleine letters (vmbo) , behalve bij namen(ANWB)
2. Geen punten in afkorting als je ze letter voor letter kunt uitspreken (NS)
3. Wel punten in afkortingen alsof het hele woord er staat. (enz.=enzovoort)


A
R.T.L.
B
RTL
C
r.t.l.
D
rtl

Slide 8 - Quizvraag

middelbaar beroeps onderwijs

1. Schrijf afkortingen met kleine letters (vmbo) , behalve bij namen(ANWB)
2. Geen punten in afkorting als je ze letter voor letter kunt uitspreken (NS)
3. Wel punten in afkortingen alsof het hele woord er staat. (enz.=enzovoort)


A
mbo
B
M.B.O.
C
MBO
D
m.b.o.

Slide 9 - Quizvraag


met andere woorden

1. Schrijf afkortingen met kleine letters (vmbo) , behalve bij namen(ANWB)
2. Geen punten in afkorting als je ze letter voor letter kunt uitspreken (NS)
3. Wel punten in afkortingen alsof het hele woord er staat. (enz.=enzovoort)


A
maw
B
M.A.W.
C
m.a.w.
D
MAW

Slide 10 - Quizvraag

zo goed als nieuw

1. Schrijf afkortingen met kleine letters (vmbo) , behalve bij namen(ANWB)
2. Geen punten in afkorting als je ze letter voor letter kunt uitspreken (NS)
3. Wel punten in afkortingen alsof het hele woord er staat. (enz.=enzovoort)


A
zgan
B
z.g.a.n.
C
Z.G.A.N.
D
ZGAN

Slide 11 - Quizvraag


Philips Sport Vereniging


1. Schrijf afkortingen met kleine letters (vmbo) , behalve bij namen(ANWB)
2. Geen punten in afkorting als je ze letter voor letter kunt uitspreken (NS)
3. Wel punten in afkortingen alsof het hele woord er staat. (enz.=enzovoort)


A
psv
B
PSV
C
P.S.V.
D
p.s.v.

Slide 12 - Quizvraag

Europese Unie

1. Schrijf afkortingen met kleine letters (vmbo) , behalve bij namen(ANWB)
2. Geen punten in afkorting als je ze letter voor letter kunt uitspreken (NS)
3. Wel punten in afkortingen alsof het hele woord er staat. (enz.=enzovoort)


A
EU
B
E.U.
C
eu
D
e.u.

Slide 13 - Quizvraag