Hoofdstuk 4 & 5

Hoofdstuk 4
De wet als belangrijke rechtsbron 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DirectiesecretaresseMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4
De wet als belangrijke rechtsbron 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
  • Terugblik vorige week
  • Hoofdstuk 4 behandelen aan de hand van de opdrachten SPL
  • Hoofdstuk 5 'De wet als belangrijke rechtsbron'

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ging het vorige week?
Hoe is hoofdstuk 4 behandeld?
Welke informatie missen jullie nog?
Tot hoever zijn we inmiddels met de SPL opdrachten?


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bespreking opdracht 242
  1. Wat versta je onder het begrip 'recht'?
  2. Wat is het verschil tussen fatsoensregels en rechtsregels?
  3. Wat verstaan we onder 'fatsoensregels' en noem enkele voorbeelden.
  4. Wat wordt bedoeld met het begrip 'rechtsbronnen'?
  5. Noem de vier belangrijke rechtsbronnen.
  6. Welke rechtsbronnen noemen we de 'geschreven rechtsbronnen'?
  7. Welke rechtsbron is 'ongeschreven recht'?
  8. Geef een omschrijving van de vier verschillende rechtsbronnen.
    9. Situatie 1, 2, 3 en 4

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lastige Termen 988

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdstuk 5
Algemeen verbindend voorschrift
Wetten in formele en materiële zin
Hiërarchie van wetgeving
Totstandkoming van een wet in formele zin

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wet als belangrijke rechtsbron

In de wet staan de meeste rechtsregels. 

Wat was ook alweer een rechtsregel? 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wet als rechtsbron
Rechtsregels = overheidsregels die gelden voor iedereen. Oftewel: ze zijn algemeen verbindend

Daarom worden wetten waar deze regels over gaan ook wel algemeen verbindende voorschriften genoemd. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wetten in formele en materiële zin

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke wet is geen wet in formele zin?

A.  Wetboek van Strafrecht
B. Gemeentewet
C. Provinciale verordening
D. Ministeriele regeling
E. Burgerlijk Wetboek 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Noteer drie wetten in formele zin die ook een algemeen verbindend voorschrift zijn.

Een Algemene Maatregel van Bestuur is gemaakt door de regering maar is geen wet in formele zin. Waarom is dat zo?  

Slide 12 - Tekstslide

GrondwetWet algemene bepalingen omgevingsrechtWetboek van Strafrecht, Algemene wet bestuursrecht, Burgerlijk Wetboek, Wet Studiefinanciering 2000

De formele wetgever maakt een wet in formele zin. Regering en Staten-Generaal samen zijn de formele wetgever. Een AmvB is alleen door de regering gemaakt, dus niet door de formele wetgever.
Opdracht
Koppel de wetten in materiële zin aan de juiste wetgevers:

1. Algemene maatregel van bestuur
2. Wet in formele zin
3. Ministeriële regeling
4. Gemeente verordening
5. Provinciale verordening
A. Regering en Staten-Generaal

B. Minister

C. Regering

D. Provinciale staten

E. Gemeenteraad

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet in formele en materiële zin
Wetten in formele zin worden gemaakt door de regering en Staten-Generaal samen. 

Wetten in materiële zin zijn algemeen verbindende voorschriften en worden gemaakt door wetgevers van de verschillende overheidslagen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hiërarchie van de wetgeving

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaat voor?
In de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) staat dat een hond laten poepen op een openbare plaats zonder dat je de rommel opruimt, strafbaar is. Er staat een boete op van maximaal € 4.350.
Stel dat de gemeenteraad genoeg heeft van alle overlast door hondenpoep op openbare plaatsen en besluit de APV te wijzigen en de doodstraf in te voeren als de hondenpoep niet wordt opgeruimd.
De APV is tegenstrijdig met artikel 114 van de Grondwet. In dat artikel staat namelijk dat de doodstraf niet mag worden opgelegd. Welke regeling gaat voor?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De voorrangsregels:
1. Hogere wetgeving gaat voor lagere wetgeving

2. Nieuwe wetgeving gaat voor oude wetgeving bij gelijke rang

3. Bijzondere wetgeving gaat voor algemene wetgeving bij gelijke rang 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke wetgeving is dan hoger? 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

             Dus? 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

En voor Nonna dan?
Nonna heeft een uitkering op grond van de Ziektewet. Ze heeft steeds zware hoofdpijnen en voelt zich niet goed genoeg om te werken.
De keuringsarts van het UWV oordeelt anders en twee dagen later ontvangt Nonna een brief van het UWV waarin staat dat ze prima in staat is om te werken. Nonna is het hiermee niet eens en wil een bezwaarschrift indienen.
In artikel 6:7 Algemene wet bestuursrecht staat dat Nonna binnen zes weken een bezwaarschrift kan indienen. Maar in artikel 75k van de Ziektewet staat dat Nonna dat binnen twee weken moet doen.
Leg uit welke voorrangsregels in deze casus moeten worden toegepast en wat dat betekent voor de bezwaartermijn.



Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
1. Wie is de maker van deze regeling?

2. Leg uit waarom het Besluit eisen inrichtingen Drank- en Horecawet afkomstig is van een lagere wetgever dan de Drank- en Horecawet.

3. Stel dat het Besluit inhoudelijk anders is dan de Drank- en Horecawet. Welke regel gaat dan voor? Waarom?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Totstandkoming van de wet in formele zin

Opdracht: wat is de route die een wetsvoorstel aflegt? 

Tip: 7 stappen

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderwerpen. Geleerd?

Algemeen verbindend voorschrift
Wetten in formele en materiële zin
Hiërarchie van wetgeving
Totstandkoming van een wet in formele zin

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Einde van de leereenheid..
Kennismaking met het recht

Volgende leereenheid heeft ook een nieuwe studieplanner!


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies