Inkomsten:
- In natura: alles wat geen geld is (bloemen van de baas, cadeaubon, auto vd zaak)
- In geld: alles in de vorm van geld (munten, biljetten, storting op de bank)
- Met tegenprestatie: je moet er iets voor doen (werk, oppasgeld etc.)
- Zonder tegenprestatie: je hoeft er niets voor te doen (zakgeld, cadeautjes)
- Vrij-besteedbaar: je mag het uitgeven aan wat je wil (zakgeld, loon)
- Niet vrij-besteedbaar: het is van te voren bepaald waar je het aan uitgeeft (kleedgeld)