Les 1 Zinnen in goede volgorde schrijven

Goedemorgen. Fijn dat je er bent.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen. Fijn dat je er bent.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding
Komende periode werken we extra aan schrijfvaardigheid. De volgorde van de woorden is daarbij extra belangrijk.
  • We oefenen eerst een aantal keer samen.
  • Weet je na een paar keer oefenen hoe het moet? Dan kun je verder werken in je schrijfboek.
  • Vind je het nog lastig? Geen probleem, dan oefenen we samen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel van vandaag
Aan het einde van de les kan je foute zinnen in de goede volgorde zetten.

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
Zijn fiets loopt Jan naar 

Schrijf de goede zin op. Ik wijs zo iemand aan die het op het bord schrijft.

Slide 4 - Tekstslide

Voorkennis activeren: 
In iedere les wordt relevante voorkennis geactiveerd aan de hand
van een terugblik-opdracht om zo de mate van stofbeheersing te bepalen en richting te
geven aan de rest van de les. Enkele werkvormen die zich hier mooi voor lenen zijn:
https://toetsrevolutie.nl/?p=2436
Instructie 
Zinnen kan je opknippen in korte stukjes
-De leerling
-maakt
- vandaag
-een moeilijke toets
-op school

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie 
Altijd als je een zin schrijft, komen dezelfde soort stukjes terug.

  • Onderwerp (Wie of wat)            > De leerling
  • Werkwoord (wat doet diegene)  > maakt
  • Wanneer                                  > vandaag
  • Wat                                         > een moeilijke toets
  • Waar                                       > op school

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld 
De docent schrijft nu de antwoorden op het bord.

Onderwerp (Wie of wat)             > De docent
Werkwoord (wat doet diegene)   > schrijft
Wanneer                                   > nu
Wat                                          > de antwoorden
Waar                                        > op het bord

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In het Nederlands staan zinnen vaak in de volgende volgorde:

Onderwerp (wie)    +     werkwoord     +   Wanneer     +      wat              +      waar
De leerling     +     maakt      +     vandaag        +     de toets    +      in de klas

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht:
Onderwerp(wie)    + werkwoord + wat + waar

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nu samen
Onderwerp + werkwoord + wat + waar

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Had je 3 zinnen goed geschreven? Ga dan zelfstandig verder in je werkboekje. We beginnen bij blz. 50. 

Had je nog geen 3 vragen goed? Doe dan mee met de docent.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak de opdrachten
in je boekje
timer
20:00

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Het leerdoel was:

Aan het einde van de les kan je Nederlandse zinnen in de goede volgorde opschrijven.

Is dit gelukt?

Slide 14 - Tekstslide

In de slotfase van de les controleert de docent of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen de les, het proces en blikt vooruit.