In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Welkom
h3at!
Slide 1 - Tekstslide
Programma
10 minuten lezen
Korte herhaling vorige les
Schrijfvaardigheid 25: personages
Afsluiting en vooruitblik
Slide 2 - Tekstslide
10 minuten lezen
Slide 3 - Tekstslide
Waar of niet waar? Een film, serie of boek kan meerdere verhaallijnen hebben.
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quizvraag
Waar of niet waar? De plot van een verhaal verloopt vaak volgens dezelfde 5 stappen.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Een goede plot is samen te vatten in één kernzin. Dit is een korte en krachtige zin die de hoofdpersoon en zijn doel, wens of probleem vermeldt. Hoe noem je zo een dergelijke zin?
Slide 6 - Open vraag
Schrijfvaardigheid 25: Personages
Doel: Je leert wat de personages zijn in een verhaal.
Slide 7 - Tekstslide
Even kijken wat jullie al weten! Welk soort personages zijn er in een verhaal?
Slide 8 - Woordweb
Personages
De hoofdpersoonis het belangrijkste personage in het verhaal.
In het verhaal ook personages met kleine rollen, die noem je bijpersonen.
Als jij je goed in het personage kan verplaatsen, dan identificeerjij je met dat personage.
Slide 9 - Tekstslide
Waar of niet waar? Een bijpersoon speelt een minder belangrijke rol in een verhaal.
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Waar of niet waar? In een verhaal krijg je veel informatie van de hoofdpersoon.
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Karakteriseren
De schrijver wil de personages (mensen of dieren) 'levend' maken (karakteriseren).
Daarvoor gebruikt geeft hij de personages een uiterlijk en een karakter (gedachtes en gevoelens).
Soms zegt het uiterlijk iets over het karakter. Bij typetjes zijn het innerlijk en uiterlijk sterk verbonden (nerd).
Slide 12 - Tekstslide
Uiterlijk
wat je aan de buitenkant kan zien
relatie tot andere personages
zus / geliefde / buurman / moeder
Innerlijk
kan je aan de buitenkant niet zien
gedachten en gevoelens
Slide 13 - Tekstslide
Lees het fragment hiernaast. Schrijf drie dingen op over het uiterlijk van Rosa Hubermann.
Slide 14 - Open vraag
Type
snel herkenbaar
uiterlijk kenmerk
overdrijving eigenschap
Karakter
meerdere kanten
innerlijk ook belangrijk
maakt vaak ontwikkeling door
Slide 15 - Tekstslide
Cruella de Vil
101 Dalmatiërs
A
karakter
B
type
Slide 16 - Quizvraag
Harry Potter
A
karakter
B
type
Slide 17 - Quizvraag
The Joker
Batman
A
karakter
B
type
Slide 18 - Quizvraag
Lees het fragment hiernaast. Leg uit of je de ik-persoon meer een karakter of een type vindt.
Slide 19 - Open vraag
Hoe omschrijf je een personage?
Door de belangrijkste eigenschappen te noemen:
uiterlijk
geslacht
leeftijd
karakter
hobby's
Slide 20 - Tekstslide
Als in een boek of film een typische 'nerd' voorkomt, hoe ziet die er dan uit?
Slide 21 - Open vraag
Helden
krijgshaftig (dapper, strijdlustig) en slim
hebben (vaak) superkrachten
zijn een voorbeeld voor anderen
hebben kracht, moed, doorzettingsvermogen
hebben een hulpje of raadsman
Schurken
tegenpool van de held
ze zijn slecht: in- en ín slecht
in een verhaal overwint het goede (de held) meestal het kwade
Slide 22 - Tekstslide
Wat is GEEN kenmerk van een held?
A
krijgshaftig
B
slim
C
aardig
D
superkrachten
Slide 23 - Quizvraag
Maar helden zijn niet perfect...
Ze zijn soms wat onbezonnen, ongeduldig of wraakzuchtig
Ze hebben vaak een achilleshiel...
Slide 24 - Tekstslide
Wat is een achilleshiel, als je het figuurlijk gebruikt?
A
een blessure bij voetbal
B
een zwakke plek, waar je kwetsbaar bent
C
je sterke kant, je talent
D
je hart (waar je het hardst geraakt kan worden)
Slide 25 - Quizvraag
Vaak hebben helden...
een (geheim) wapen
of een (geheim) groot talent
Slide 26 - Tekstslide
Schurken hebben vaak typerende kenmerken. Geef een uiterlijk en een innerlijke eigenschap van Voldemort (Harry Potter).
Slide 27 - Open vraag
Anti-held
beetje sullige, sukkelige held
bijv. onhandig, oenig type
niet: het tegenovergesteld van een held, want dat is de schurk)
Slide 28 - Tekstslide
Is Ron (Harry Potter) een anti-held? Leg je antwoord uit.
Slide 29 - Open vraag
Wat voor soort personages zijn er in een verhaal? Geef antwoord in volledige zinnen!