2H - Water

Paragraaf 4 - Water
Waar komt het vandaan en waar gaat het heen?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Paragraaf 4 - Water
Waar komt het vandaan en waar gaat het heen?

Slide 1 - Tekstslide

Lessonup
Presentatieprogramma 
waarin jullie actief mee kunnen doen!

Ga naar
ww.lessonup.app/code

Voer de code whism in!

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we behandelen?

- Waterkringloop
- Water, waterdamp en ijs

Volgende les:
- Neerslag

Slide 3 - Tekstslide

Wat komt in je op bij...
Water!

Slide 4 - Woordweb

Korte kringloop
Bij de korte kringloop verdampt water uit de zee en valt de neerslag weer terug in zee.
Lange kringloop
Bij de lange kringloop waait de waterdamp/wolken richting land, waar het bijvoorbeeld als regen, sneeuw, ijzel en mist op aarde terechtkomt.

Slide 5 - Tekstslide

Vormen van water

Water komt voor in drie vormen

Vast: IJs
Vloeibaar: Water
Gasvormig: Stoom

Slide 6 - Tekstslide

Smelten
Stollen/bevriezen
Verdampen
Condenseren
Zet de 6 blokken op de juiste plek!
Vast
Vloeibaar
Gas

Slide 7 - Sleepvraag

Het ontstaan van wolken

- Door de zon wordt water opgewarmd
- Het water verdampt en stijgt de lucht in
- Op een bepaalde hoogte condenseert de waterdamp en vormt zo wolken

Slide 8 - Tekstslide

Korte kringloop
Bij de korte kringloop verdampt water uit de zee en valt de neerslag weer terug in zee.
Lange kringloop
Bij de lange kringloop waait de waterdamp/wolken richting land, waar het bijvoorbeeld als regen, sneeuw, ijzel en mist op aarde terechtkomt.
timer
0:30

Slide 9 - Tekstslide

Beschrijf in je eigen woorden het verschil tussen de korte en de lange waterkringloop.

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Invloed van de mens

- Door klimaatverandering smelten veel gletsjers. Het zoetwater dat hierin opgeslagen zat stroomt naar zee en wordt zout

Slide 12 - Tekstslide

Welke invloed heeft het bouwen van grote steden op de waterkringloop?
A
In steden verbruiken ze heel veel water, hierdoor wordt de kringloop verstoord
B
In steden is het kouder waardoor de verdamping stopt
C
Doordat riolen lekken komt er meer water in de grond
D
Regen kan niet meer in de grond trekken omdat alles bedekt is met gebouwen, tegels of asfalt

Slide 13 - Quizvraag

Verstening
Door de grote hoeveelheid tegels, asfalt en gebouwen kan water niet meer de grond in trekken

- Minder grondwater
- Grotere kans op overstroming
- Warmer

Slide 14 - Tekstslide

Hoe zouden we verstening
tegen kunnen gaan?
Kun je zelf wat doen?

Slide 15 - Woordweb

Aan de slag!
- Maak opdrachten 1 tot 3
- Gebruik je werkboek of de online methode
- Je hebt tot 5 minuten voor het einde van de les
- Je werkt in tweetallen
- Ben je klaar? Maak de opdracht 6 of de verdiepingsopdrachten
- Heb je hulp nodig? Roep niet, steek je hand op!

Stil!
Stil overleggen

Slide 16 - Tekstslide