In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
H3:
Genetica
BS 4:
Geslachtschromosomen
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt beschrijven op welke wijze geslachtschromosomen het geslacht van de mens bepalen.
Je kunt een kruisingsschema maken voor X-chromosomale overerving en hieruit of uit stambomen de frequentie van genotypen en fenotypen van de nakomelingen afleiden.
Slide 2 - Tekstslide
Geslachtschromosomen
Meisjes hebben twee
X-chromosomen (XX).
Jongens hebben een X en een Y-chromosoom (XY).
Slide 3 - Tekstslide
X- chromosomaal
Als een gen op het X-chromosoom ligt, heet het X-chromosomaal.
We noteren dit dan bijvoorbeeld als XA of Xa.
Je zet voor het allel dus het teken X om aan te geven dat het een X-chromosomaal gen betreft.
Slide 4 - Tekstslide
X-chromosomale overerving (1)
Bij X-chromosomale overerving erft de eigenschap over via de X-chromosoom. Een vrouw heeft 2 X-chromosomen, dus een homozygoot heeft XAXA of XaXa
Een vrouwlijke heterozygoot (XAXa) kan draagster zijn van een recessieve eigenschap.
Slide 5 - Tekstslide
X-chromosomale overerving (2)
Bij mannen is hetero-/homozygoot niet van toepassing, omdat zij maar 1 X-chromosoom hebben.
XaY-of XAY-
Bij een man kan een recessieve, X-chromosomale aandoening dus al met 1 allel tot uiting komen, omdat zij geen tweede allel hebben.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Kleurenblindheid
1 op de 12 mannen
1 op de 250 vrouwen
Zouden we het verschil tussen mannen en vrouwen bij sommige erfelijke eigenschappen kunnen verklaren??
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Het gen voor kleurenblindheid is recessief en is X-Chromosomaal.
Een kleurenziende man en een heterozygoot (niet-kleurenblinde) vrouw krijgen een kind
Slide 11 - Tekstslide
Hoeveel procent van de nakomelingen is kleurenblind?
A
0%
B
25% alleen de vrouwen
C
25% alleen de mannen
D
50% mannen en vrouwen
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Denk mee..
Het gen voor kleurenblindheid is recessief en is X-Chromosomaal.
Een kleurenblinde man en een homozygoot (niet-kleurenblinde) vrouw krijgen een kind.
Slide 14 - Tekstslide
Wat is de kans op kleurenblinde kinderen?
A
0%
B
25%
C
50%
D
100%
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Het gen voor kleurenblindheid is recessief en is X-Chromosomaal.
Een kleurenblinde man en een heterozygoot (niet-kleurenblinde) vrouw krijgen een kind.
Slide 17 - Tekstslide
Hoeveel procent van de nakomelingen is kleurenblind?
A
25% alleen de mannen
B
25% alleen de vrouwen
C
50% mooi verdeeld
D
100% zowel mannen als vrouwen
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Het gen voor kleurenblindheid is recessief en is X-Chromosomaal.
Een kleurenziende man en een kleurenblinde vrouw krijgen een kind
Slide 20 - Tekstslide
Hoeveel procent van de nakomelingen is kleurenblind?
A
Niemand
B
alleen de vrouwen
C
Alleen de mannen
D
Iedereen
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
Conclusie:
Mannen hebben vaker last van X-chromosmale afwijkingen
Hemofilie (bloederziekte)
Ziekte van Duchenne (spierdystrofie)
Ichtyosis (verhoorningsstoornis)
Slide 23 - Tekstslide
B = kleurenziend b = kleurenblind
Moeder is drager
Slide 24 - Tekstslide
X-chromosomale overerving in een stamboom
Neem de stamboom over.
Schrijf bij elk individu het genotype (indien mogelijk!)
Kijk na op de volgende slide
Xa = kleurenblind
Slide 25 - Tekstslide
XAXa
1
XaY-
2
XAY-
3
XaXa
4
XaXa
7
XAY-
5
XAY-
6
XAXa
8
XaY-
9
XAXa
10
XAY-
11
XAXa
12
XaY-
13
XAY-
14
XAXa of XAXA (Niet nader te bepalen)
Heeft gegarandeerd een XA van vader
15
XAY-
16
Xa = kleurenblind
Slide 26 - Tekstslide
Is deze eigenschap X-chromosomaal?
Nee
Er zijn moeders met de eigenschap met zoons zonder de eigenschap
Xa
Y-
Xa
XaXa
XaY-
Xa
XaXa
XaY-
XA
Y-
Xa
XAXa
XaY-
Xa
XAXa
XaY-
Tip 1: Bij een eigenschap die X-chromosomaal, recessief overerft, hebben alle zoons van een moeder met de eigenschap ook de eigenschap.
Zij krijgen hun enige X-chromosoom van hun homozygoot recessieve moeder
X
O
Slide 27 - Tekstslide
Is deze eigenschap X-chromosomaal?
Nee
Er zijn moeders met de eigenschap met zoons zonder de eigenschap
Xa
Y-
Xa
XaXa
XaY-
Xa
XaXa
XaY-
Tip 2: Bij een eigenschap die X-chromosomaal, recessief overerft, heeft een dochter met de eigenschap een vader die ook de eigenschap heeft.
Homozygoot recessieve dochters erven gegarandeerd een recessief allel van de vader. Aangezien de vader maar een allel heeft, heeft hij dus de eigenschap.
Xa
Y-
XA
XAXa
XAY-
Xa
XaXa
XaY-
Slide 28 - Tekstslide
Is deze eigenschap X-chromosomaal?
Slide 29 - Tekstslide
Is deze eigenschap X-chromosomaal?
Nee
Slide 30 - Tekstslide
Is deze eigenschap X-chromosomaal?
Slide 31 - Tekstslide
Is deze eigenschap X-chromosomaal?
Ja
Slide 32 - Tekstslide
Formatieve check:
Slide 33 - Tekstslide
Bij Drosophila (fruitvliegjes) komt onder andere het allel ‘vleugels zonder dwarsaders’ voor. Dit allel is X-chromosomaal en recessief. Een vrouwtje met vleugels zonder dwarsaders wordt gekruist met een mannetje met normale vleugels. De F1-individuen die hieruit ontstaan, worden onderling gekruist en er ontstaan een F2. Hoeveel % van de vrouwtjes uit de F2 heeft vleugels zonder dwarsaders?
Slide 34 - Open vraag
Bij katten wordt de vachtkleur onder ander bepaald door een Xchromosomaal allelenpaar met een allel voor rode vacht en een allel voor zwarte vacht. Poezen kunnen een rode vacht hebben, een schilpadvacht of een zwarte vacht. Schilpadvacht is het intermediaire fenotype. Een poes met een schilpadvacht paart met een rode kater. Hoe groot is de kans dat de eerste poes die geboren wordt, een schilpadvacht heeft?
Slide 35 - Open vraag
Hoe sta je in de lesstof?
Had je beide van de vorige vragen goed? Dan maak je opdracht 44, 45, 49, 52 en 53
Had je 1 van de vragen goed? Dan maak je opdracht
44 t/m 53
Had je beide opdrachten fout? Dan maak je opdracht