Pallas les 9 Introductie wrok van Achilles

Pallas les 9: De wrok van Achilles


Inleiding op blz. 70, 71, 72 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Pallas les 9: De wrok van Achilles


Inleiding op blz. 70, 71, 72 

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten we tot nu toe over de Trojaanse oorlog..?

Slide 2 - Open vraag

Welke Griekse helden gaan mee naar Troje?

Slide 3 - Woordweb

Met welke gebeurtenis begint Homerus zijn Ilias
A
offer van Ifigineia
B
vertrek van de Grieken naar Troje
C
de roof van Helena
D
ruzie tussen Agamemnon en Achilles

Slide 4 - Quizvraag

Waarover ontstond de ruzie tussen Agamemnon en Achilles?
A
wapenuitrusting
B
Briseis
C
Chriseis

Slide 5 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding

Slide 6 - Tekstslide

Wie is de man rechts in beeld?

Slide 7 - Open vraag

Wie waren de zonen van Priamos en Hekabe?
A
Ze hadden geen kinderen
B
Hektor en Patroklos
C
Hektor en Paris
D
Hektor en Aeneas

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Wat gaat Achilles doen...?

Slide 10 - Open vraag

Waar denk je aan bij een Homerische Held?

Slide 11 - Woordweb

Homerische Held
Afkomstig uit Ilias en Odyssee
"altijd de beste willen zijn"
Uitblinken (slagveld)
Goede lichamelijke conditie
Knappe manenn
Goed in spreken
Maar ook... je emoties kunnen tonen

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het Griekse woord voor een held?

Slide 13 - Open vraag

In het Grieks staat de bijwoordelijke bepaling in de ...
A
nominativus
B
genitivus
C
dativus
D
accusativus

Slide 14 - Quizvraag

Hoeveel groepen van zelfst nw zijn er in het Grieks?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 15 - Quizvraag

Inderdaad: 3 groepen ZNW!
Je kende er al twee. Namelijk:

α/η groep 
(bijvoorbeeld ἡ μαχη; ἡ χωρα; ἡ ἀληθεια; ἡ κεφαλη)

o groep
(bijvoorbeeld ὁ δουλος, το θηριον, ὁ θεος, ὁ κινδυνος, το τεκνον)

Slide 16 - Tekstslide

Nu komt er dus een derde groep bij in Hoofdstuk 9
Dit ken je al bij Latijn. 
Denk aan groep 3 
rex, reg-es
mater, matr-es
nomen, nomin-a 
Je leert bij Latijn de nominativus mv, zodat je weet wat de stam van het zelfstandig naamwoord is.


Slide 17 - Tekstslide

Uitgangen van de gemengde groep
De nominativus wisselt, dus daar staat een vraagteken.

?, ος, ι, α, ες, ων, σιν, ας 

bijvoorbeeld het woord ὁ σωτηρ (de redder) gaat volgens deze derde groep, ookwel genoemd 'gemengde groep'.


Slide 18 - Tekstslide

Verbuig ὁ σωτηρ

Slide 19 - Open vraag


Volgende les veel meer over de ''gemengde groep''

Slide 20 - Tekstslide