Antwoorden opdracht 3 en 5 h5 spelling
Opdracht 3: pakket :hebben ,jongeren , module ; vmbo ,
Opdracht 5
1 ‘Het gaat morgen de hele dag stormen’, zegt de weerman.
De weerman zegt: ‘Het gaat morgen de hele dag stormen.’
2 Na het eten zei mijn vader dat hij wel een kop koffie lustte.
3 ‘Ik heb echt geen zin in dat familiefeestje’, zucht Joyce.
Joyce zucht: ‘Ik heb echt geen zin in dat familiefeestje.’
4 De buurvrouw vraagt: ‘Hanna, kun jij vanmiddag even op mijn kinderen passen?’
De buurvrouw vraagt: ‘Kun jij vanmiddag even op mijn kinderen passen, Hanna?’
‘Hanna, kun jij vanmiddag even op mijn kinderen passen?’ vraagt de buurvrouw.
‘Kun jij vanmiddag even op mijn kinderen passen, Hanna?’ vraagt de buurvrouw.
‘Hanna,’ vraagt de buurvrouw, ‘kun jij vanmiddag even op mijn kinderen passen?’
5 Geschrokken riep Fedja dat het al tien uur was.
Fedja riep geschrokken dat het al tien uur was.