WK 38 (1) M1 - SPELLING PAR. 10: persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden

Nakijken opdr. 2 t/m 5 par. 9
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Nakijken opdr. 2 t/m 5 par. 9

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jezelf toevoegen aan de LessonUp-klas
1. Download de LessonUp-app
2. Voer de code in: ajtfg

Nu zit je in de klas!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

PAR. 10 SPELLING
Persoonsvorm verleden tijd 
van zwakke werkwoorden

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe spel je de persoonsvorm verleden tijd?
A
met 't sexy fokschaap (of met 't ex-kofschip )
B
op gevoel
C
ik-vorm of ik-vorm + t
D
stam + d

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste persoonsvorm verleden tijd (ev)?
Ik ______________ (bestellen) spaghetti.
A
bestelde
B
besteldde

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste persoonsvorm verleden tijd (mv)?
Zij ______________ (rusten) uit.
A
rusten
B
rustten

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste persoonsvorm verleden tijd (ev)?


Hij ______________ (pakken) het boek.
A
pak
B
pakten
C
pakte

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden
Zo schrijf je de persoonsvorm van zwakke werkwoorden in de verleden tijd:







Aanpak als je twijfelt over -te(n) of -de(n)
1. Neem het hele werkwoord (floppen; lachen; weven; plagen).
2. Haal er -en van af: floppen – -en --> flopp; plagen – -en -> plag.
3. Is de laatste letter een t, x, f, k, s, ch of p (een medeklinker uit ’t ex-fokschaap)? Schrijf dan na de ik-vorm -te(n): flopte(n).
4. Is de laatste letter een andere medeklinker? Schrijf dan na de ik-vorm -de(n): plaagde(n).




Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Samen opdracht 1 (in je boek) + 2 (in je schrift) 
par. 10 spelling maken.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maakwerk
1. Maak opdracht 3 + 4 (in je schrift) 

Voor de snelle werkers:
2. Begin vast aan het huiswerk: opdracht 5 + 6 (in je schrift).
LET OP: vraag 5 van opdracht 6 slaan we over!
Heb je een vraag?

Slide 11 - Tekstslide

Zichtbaar maken antwoorden par. 21 in IL
Ik begrijp de persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden nu ...
A
Ja, heel goed
B
Ja, meestal wel
C
Mwah
D
Nee, helemaal niet

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jezelf toevoegen aan de klas
  1. Download de LessonUp app op je iPad 
  2.  

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
HW volgende les (donderdag 21 sept. 5e+6e uur): 
- Maak opdr. 1 t/m 6 par. 10 spelling (blz. 242+243) in je schrift.
! Opdracht 1 mag je in je boek maken
! LET OP: vraag 5 van opdracht 6 slaan we over!

Slide 14 - Tekstslide

Zichtbaar maken antwoorden in IL