In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Bereken de afgeleide van
N(t)=150(1−e−0,05t)
Slide 1 - Open vraag
Leerdoelen 6, 7 en 8
6. Je kunt met behulp van de afgeleide onderzoeken of een functie stijgt of daalt in een punt. 7. De kunt met behulp van de afgeleide de helling in een punt berekenen. 8. Je kunt gegeven een helling met behulp van de afgeleide berekenen in welk punt dit is. (13.1B)
Slide 2 - Tekstslide
Functie vs afgeleide
Functie vs afgeleide
Functie beschrijft verband tussen x en y.
Als je x invult in f(x) bereken je de y-coördinaat.
Als je f(x) gelijkstelt aan een y, kun je met een vergelijking x berekenen.
Afgeleide beschrijft verband tussen x en de helling van f(x).
Als je x invult in f '(x), bereken je de helling van f(x).
Als je f '(x) gelijkstelt aan een bepaalde helling, bereken je met een vergelijking voor welke x de functie f(x) deze helling heeft.
Snelheid is een toepassing van de helling.
Slide 3 - Tekstslide
Afgeleide gebruiken
--> f daalt in A
--> f is horizontaal in A
--> f stijgt in A
f′(xA)<0
f′(xA)=0
f′(xA)>0
Slide 4 - Tekstslide
Gegeven is met Bereken de snelheid waarmee N verandert voor t=5.
N(t)=150(1−e−0,05t)
N′(t)=7,5e−0,05t
Slide 5 - Open vraag
Gegeven is met Voor welke t neemt N met 4,1 per minuut toe?
N(t)=150(1−e−0,05t)
N′(t)=7,5e−0,05t
Slide 6 - Open vraag
Bereken de afgeleide van
en herleid deze naar de vorm
N(t)=1500⋅log(2t+4)−50t
N′(t)=t+ba−c
Slide 7 - Open vraag
Leerdoel 9
Je kunt m.b.v. de afgeleide de extreme waarden van een functie berekenen. (13.1C)
Slide 8 - Tekstslide
Bereken met de afgeleide na hoeveel dagen N maximaal is.
N(t)=1500⋅log(2t+4)−50t
N′(t)=t+2651−50
Slide 9 - Open vraag
Extreme waarde(n) berekenen
Stel de afgeleide op
Stel afgeleide gelijk aan 0 en los de vergelijking (algebraïsch?) op, dit geeft je x-coördinaat top (of x-coördinaten toppen)
Bereken bijbehorende y-coördinaten door x in te vullen in originele functie
Bepaal met een schets of het een maximum of minimum betreft.
Slide 10 - Tekstslide
Bereken de afgeleide van
y=2x+110x
Slide 11 - Open vraag
Leerdoel 10
Je kunt met behulp van de afgeleide beredeneren of een grafiek stijgend of dalend is op een interval (13.2A)
Slide 12 - Tekstslide
Afgeleide gebruiken
--> f daalt in A
--> f is horizontaal in A
--> f stijgt in A
f′(xA)<0
f′(xA)=0
f′(xA)>0
Slide 13 - Tekstslide
Gegeven is de formule
Toon met de afgeleide
aan dat de grafiek van y stijgend is voor
de teller van de afgeleide is positief
is positief voor
de afgeleide is dus positief
de formule is dus stijgend voor
y=2x+110x
dxdy=(2x+1)210
x≥0
(2x+1)2
x≥0
positiefpositief=positief
x≥0
Slide 14 - Tekstslide
Gegeven is de formule Toon met de afgeleide aan dat de grafiek van y dalend is.
y=5+2x+112metx≥0
Slide 15 - Open vraag
De grafiek van de afgeleide ligt geheel onder de x-as voor
De grafiek van y is dus dalend.
x≥0
dxdy=(2x+1)2−24
Slide 16 - Tekstslide
Leerdoel 11
Je kunt met behulp van de grafiek van de afgeleideberedeneren of de grafiek van de oorspronkelijke functie stijgend of dalend is. (13.2B)
Slide 17 - Tekstslide
Bereken de afgeleide van
f(x)=√(3x5+6x)
Slide 18 - Open vraag
Stel de afgeleide op van
f(x)=x+x0,2
Slide 19 - Open vraag
Leerdoel 12
Je kunt op basis van de grafiek van de afgeleide beredeneren of de originele grafiek toenemend/afnemend stijgend/dalend is. (13.3AB)
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
De grafiek van
is ...
f(x)=x+x0,2
A
toenemend stijgend
B
afnemend stijgend
C
constant stijgend
D
dat is moeilijk te zien
Slide 22 - Quizvraag
de grafiek van f ' ligt boven de x-as en is dus positief --> f is stijgend
de grafiek van f ' is dalend --> f is afnemend stijgend
f(x)=x+x0,2
f′(x)=1+x0,80,2
Slide 23 - Tekstslide
afnemend dalend
toenemend dalend
toenemend stijgend
afnemend stijgend
Slide 24 - Sleepvraag
Slide 25 - Tekstslide
Bereken de afgeleide van
N(t)=1+12,9⋅0,834t2780
Slide 26 - Open vraag
Leerdoel 13
Je kunt met behulp van de afgeleide bepalen wat de minimale of maximale snelheid van de verandering van de originele functie is. (13.3C)
Slide 27 - Tekstslide
N is een model voor het aantal lepelaars op de Waddeneilanden.
Voor een bepaalde waarde van t gaat de grafiek van N over van toenemend stijgend naar afnemend stijgend.
Bereken die t.
N(t)=1+12,9⋅0,834t2780
Slide 28 - Tekstslide
N is een model voor het aantal lepelaars op de Waddeneilanden.
Voor een bepaalde waarde van t gaat de grafiek van N over van toenemend stijgend naar afnemend stijgend. Bereken die t.
Voor t=14,09 is de afgeleide N' maximaal. N gaat dan over van toenemend naar afnemend stijgend.
Je kunt een de vergelijking van een raaklijn in een gegeven punt P opstellen m.b.v. de afgeleide. (10.3A boek 3!)
Slide 31 - Tekstslide
succescriteria
Je kunt de afgeleide opstellen (leerdoel 3).
Je kent de algemene formule voor een raaklijn (=rechte lijn):
Je kunt met de afgeleide de helling a in punt P berekenen.
Je kunt met de originele functie de y-coördinaat van punt P berekenen.
Je kunt met de helling en de y-coördinaat de formule van de raaklijn afmaken.
y=ax+b
Slide 32 - Tekstslide
Stel de raaklijn in het punt P met x=2 op aan de grafiek van :
y=√(3x2+4x)
Slide 33 - Open vraag
Bereken de afgeleide van
I=300x2−4x3
timer
1:00
Slide 34 - Open vraag
Leerdoel 15
Je kunt optimaliseringsproblemen oplossen door gebruik te maken van differentiëren. (13.4)
Slide 35 - Tekstslide
succescriteria
Je kunt bij een probleemstelling een formule opstellen of aantonen.
Je kunt bij deze formule de afgeleide opstellen (leerdoel 3).
Je kunt met de afgeleide de optimale situatie (extreme waarde(n)) berekenen. (leerdoel 9)
Je kunt hiermee antwoord geven op de gestelde vraag.
Slide 36 - Tekstslide
Van een doos is de bodem vierkant. De som van de hoogte en omtrek van de bodem is 300. Bereken met de afgeleide de afmetingen waarbij de inhoud maximaal is.
Slide 37 - Open vraag
Firma maakt dozen met inhoud 72 dm³. De onderkant is rechthoekig, lengte is twee maal zo groot als de breedte. Het materiaal van de zijkanten kost €0,20 per dm² en dat van de bodem €0,40 per dm². De breedte van de onderkant is x dm. Toon aan dat als formule voor K geldt
K=0,8x2+5x216
Slide 38 - Open vraag
Bereken de afgeleide van
K=0,8x2+5x216
Slide 39 - Open vraag
Firma maakt dozen met inhoud 72 dm³. De onderkant is rechthoekig, lengte is twee maal zo groot als de breedte. Het materiaal van de zijkanten kost €0,20 per dm² en dat van de bodem €0,40 per dm². De breedte van de onderkant is x dm. Bereken met de afgeleide bij welke afmetingen K minimaal is.