2hv - préparation PW3

2hv - préparation PW3
- Voca en phrases ABCG
- Sources D +H
- Getallen t/m 1000
- des français célèbres
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2hv - préparation PW3
- Voca en phrases ABCG
- Sources D +H
- Getallen t/m 1000
- des français célèbres

Slide 1 - Tekstslide

Vouloir et Pouvoir (Willen en kunnen)
Vouloir
Pouvoir
Je
veux       (xxt)
peux         (xxt)
Tu
veux
peux
Il / elle / on
veut
peut
nous
voulons
pouvons
vous
voulez
pouvez
Ils / elles
veulent
peuvent

Slide 2 - Tekstslide

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'pouvoir'  (kunnen/mogen) met het onderwerp
peux
peux
peut
pouvons
pouvez
peuvent

Slide 3 - Sleepvraag

Vouloir
Pouvoir
Willen
Kunnen
Mogen
Je peux
Tu veux
Nous voulons
Vous pouvez
on peut
Elle veut

Slide 4 - Sleepvraag

...........aller aux toilettes?
(ik mag ...?)
A
Je peux
B
Tu peut
C
Je veut
D
Je peut

Slide 5 - Quizvraag

Vous ........ un coca cola? (vouloir)
A
voulons
B
veux
C
voulez
D
veut

Slide 6 - Quizvraag

Nous ne ......pas acheter une chemise (pouvoir)
A
peux
B
peut
C
pouvons
D
peuvent

Slide 7 - Quizvraag

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'vouloir' (willen) met het onderwerp
veux
veux
veut
voulons
voulez
veulent

Slide 8 - Sleepvraag

VOULOIR
POUVOIR
   willen
  kunnen/mogen

Slide 9 - Sleepvraag

Vertaal:
ils veulent faire une blague.

Slide 10 - Open vraag

Vertaal:
Mag ik een pet dragen ?

Slide 11 - Open vraag

Traduis:
Hij draagt vaak een spijkerbroek

Slide 12 - Open vraag

Traduis:
Hoe vind je deze supermarkt?

Slide 13 - Open vraag

Traduis:
Hij houdt van gympen

Slide 14 - Open vraag

Traduis:
Sorry, Het merk is vreselijk.

Slide 15 - Open vraag

quatre-vingt-onze
trois-cents
neuf-cent-quatre-vingt
mille
cent-trente-cinq
soixante-dix-sept
quatre-cent-quatre
sept-cent-soixante
cent-seize
deux-cents
huit-cent-quatre-vingt-quinze
quarante
760
300
200
780
440
404
40
100
1000
116
91
77
980
135
895

Slide 16 - Sleepvraag

Welke aanwijzend voornaamwoord moet je gebruiken voor een zelfstandig naamwoord ... 
Aanwijzend voornaamwoord
mannelijk enkelvoud
vrouwelijk enkelvoud
Meervoud 
Ce
Cette 
Ces
Cet

Slide 17 - Sleepvraag

sleep de woorden naar het juiste aanwijzend vnw 
ce
cet
cette
ces
chaussures
langue
ceinture
oiseau
frère
robes
surprises

Slide 18 - Sleepvraag

Sleep het juiste aanwijzend voornaamwoord naar de juiste plaats.
1. ____ fille a de bonnes notes en français.
Ce
Cet
Cette
Ces

Slide 19 - Sleepvraag

Sleep het juiste aanwijzend voornaamwoord naar de juiste plaats.
2. Qu'est-ce que tu as fait ____ hiver froid ?
ce
cet
cette
ces

Slide 20 - Sleepvraag

Édith Piaf

Slide 21 - Woordweb

Jeanne d'Arc

Slide 22 - Woordweb

Charles de Gaulle

Slide 23 - Woordweb

Jean Moulin

Slide 24 - Woordweb

Victor Hugo

Slide 25 - Woordweb

Zinedine Zidane

Slide 26 - Woordweb

Leestekst oefenen?
Hoe doe je dat?

Slide 27 - Woordweb