GMK P4 - Diabetes - herhaling

• Geneesmiddelkennis
• MBO
• Studiejaar 2

stelling 1 : Bij diabetes heb je een tekort aan insuline.
stellimg 2: Bij diabetes heb je een laag gluclose in je bloed.

1. beide stellingen zijn juist
2. stelling 1 is juist en stelling 2 is niet juist
3. stelling 1 is onjuist en stelling 2 is juist
4. beide stellingen zijn onjuist

1) DM type 1: lichaam ongevoelig voor insuline
2) DM type 2: geen insuline aanmaak

1. Beide waar
2. 1) waar; 2) niet waar
3. 1) niet waar; 2) waar
4. Beide niet waar

Alle diabeten moeten dagelijks hun bloedsuiker prikken

1. Waar
2. Niet waar

Orale bloedglucose verlagende middelen worden vooral gebruikt bij:

1. DM type 1
2. DM type 2

Bij welk middel is diabetes geen contra-indicatie?

1. dexamethason
2. prednison
3. propranolol
4. simvastatine

Waarom wordt de dosering van metformine langzaam opgebouwd?

1. Anders kans op hypo
2. Anders kans op diarree
3. Anders kans op metaalsmaak in mond
4. Anders kans op overdosering

Welk middel heeft niet als bijwerking hypoglykemie?

1. exenatide (Victoza)
2. gliclazide
3. insuline
4. metformine

Waarom wordt glibenclamide afgeraden bij ouderen (70+)?

1. SU-derivaten worden altijd afgeraden bij 70+
2. Grotere kans op hypo's ivm lange werking
3. Kans op osteoporose
4. Maagklachten

Een patiënt komt EU tolbutamide halen. Hij gaat zo een nieuwe bril laten aanmeten bij de opticien. Wat zeg jij?

1. Veel plezier!
2. Een metalen montuur is nu helemaal hip :)
3. Verstandig, bij diabetes gaan je ogen achteruit
4. U kunt beter wachten tot uw suiker stabiel is.

Victoza in een soort insuline, je moet dus ook regelmatig je glucose prikken bij het gebruik.

1. Waar
2. Niet waar

Wat is geen bijwerking van insuline?

1. Hypoglykemie
2. Hyperglykemie
3. Atrofie
4. Hypertrofie

Wat helpt NIET bij een hypo?

1. Dextro (Druivensuiker)
2. Glucagon
3. Glucose
4. Insuline