Totalitaire staten

totalitaire staten
Welkom bij deze lessenserie over totalitaire staten. De planning hebben jullie inmiddels ontvangen; hierin staat het huiswerk.
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les

totalitaire staten
Welkom bij deze lessenserie over totalitaire staten. De planning hebben jullie inmiddels ontvangen; hierin staat het huiswerk.

Slide 1 - Tekstslide

opdracht 1
Schrijf in je schrift en straks bij de volgende vraag wat een totalitaire staat is. Bekijk het volgende filmpje hierover. 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Omschrijf het begrip totalitaire staat

Slide 4 - Open vraag

artikel 1
Lees artikel 1 uit je planning. Maak een korte samenvatting van dit artikel door de 6 kenmerken van een totalitaire staat op te schrijven. Hier krijg je 20 minuten de tijd voor. 
timer
20:00

Slide 5 - Tekstslide

Welk kenmerk van een totalitaire staat lijkt op een kenmerk van een dictatuur?

Slide 6 - Open vraag

wat gaan we doen?
- bespreken opdracht Sparta
- verder werken aan de opdracht
20 minuten
- planning doornemen van totalitaire staten
- theorie over het hoefijzermodel

Slide 7 - Tekstslide

Kenmerken totalitaire staat Sparta

Slide 8 - Open vraag

links en rechts in de politiek?
Wat zijn de kenmerken?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Hoefijzermodel
Jullie hebben artikel 2 gelezen over het hoefijzermodel. We gaan kort dit artikel bespreken.

Slide 11 - Tekstslide

Wat zijn de overeenkomsten tussen (extreem)links en (extreem) rechts?

Slide 12 - Open vraag

Zowel het communisme als fascisme zijn totalitaire regimes. noem een verschil tussen beide regimes.

Slide 13 - Open vraag

We kijken naar kort fragment over Hanna Arendt
In Amerika schrijft ze haar belangrijkste en meest bekende werken. Het eerste, ‘The origins of totalitarianism’ (1955), gaat over nazi-Duitsland en bolsjewistisch-Rusland, beiden totalitarisische regimes. Eerst bespreekt ze in dit boek het ontstaan van het anti-semitisme en imperialisme met sterke nadruk op natie, ras en bureaucratie.

Volgens Arendt kan een totalitair regime ontstaan en functioneren door het heersen met terreur en geweld als intimidatie-middel. Angst speelt de grootste rol in zo’n regime. Het mobiliseert massa’s mensen en werkt onderling wantrouwen juist in de hand. Als individu verhoud je je alleen nog maar tot het regime, niet langer tot elkaar. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

uitleg opdracht
- lees de planning opdracht 5:
Maak een samenvatting van paragraaf 9.2 door bij elk tussenkopje een passende afbeelding te zoeken. Uit onderzoek is gebleken dat het onthouden van beelden in combinatie met tekst, een heel goede manier is om stof te leren/te onthouden. Jullie lezen dus paragraaf 9.2 en zoeken bij elk tussenkopje een afbeelding. Vervolgens leg je de relatie tussen de afbeelding en het stukje tekst. 

Slide 16 - Tekstslide

inleveren opdracht
In magister leveren jullie deze opdracht in. Hier mag je een week aan werken, dus 20 januari kun je het inleveren. 
We gaan er nu 20 minuten aan werken.
Pak ondertussen koffie/thee/loop een rondje. 
Over 20 minuten zie ik jullie terug!

timer
20:00

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld: zie planner  Autocratisch Rusland.
De verlichtingsidealen van Vrijheid, gelijkheid en broederschap waren in Rusland niet of nauwelijks doorgedrongen. Hoewel er officieel geen horigheid meer was, leefde het gros van de mensen op het platteland, in armoede en Rusland was een feodale samenleving. De tsaar was een autocraat en had alle macht; tegenstand werd niet geduld; de geheime politiek was overal aanwezig.




afbeelding bloedbad sint petersburg.




Op 9 januari 1905 vond een bloedbad plaats in Sint-Petersburg. Demonstranten protesteerden tegen tsaar Nicolaas II en wilden hem een petitie aanbieden voor verbetering van hun leefomstandigheden. Dit liep echter anders af. De soldaten schoten op de ongewapende demonstranten. Het bloedbad dat Bloedige Zondag wordt genoemd, laat zien dat de tsaar oppermachtig was en er geen vrijheid en gelijkheid was.

Slide 18 - Tekstslide

de Sovjetunie
Lenin was de eerste leider van de Sovjetunie, het eerste communistische land in de wereld. We bekijken straks beelden over Lenin en de Russische Revolutie. We starten met de Russische revolutie.  

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

De kern van Lenins boodschap bestond uit 3 woorden: brood, grond en vrede. Leg uit dat deze propaganda goed werkte en hij veel inwoners van Rusland bereikte.

Slide 21 - Open vraag

Verklaar waarom de tsaren ook vandaag de dag nog vereerd worden in Rusland

Slide 22 - Open vraag

De communisten veranderden in 1922 de naam van Rusland in de Sovjetunie. Leg uit met welk ideaal ze dit deden

Slide 23 - Open vraag

huiswerk 19 januari
Het huiswerk staat ook in de planner, deze zal ik nog met jullie delen. Jullie hebben paragraaf 9.2 geleerd aan de hand van afbeeldingen en samenvattingen. Een aantal vragen uit deze paragraaf maak je online, op deze manier kan ik ook zien wat je hebt gemaakt, wat je al goed kunt en waar je wat meer moeite mee hebt. De volgende vragen van paragraaf 9.2 maak je via de methodesite (via magister heb je hier toegang tot). De volgende vraag maak je:

Vraag 2: een vaardigheden vraag zodat je leert over de bruikbaarheid van bronnen.

Vraag 3: inzichtsvraag; samen in de stream

Vraag: 5 en 6. 

Slide 24 - Tekstslide

3a
Marx ging ervan uit dat de revolutie in een industriële samenleving zou uitbreken. In Rusland zou eerst nog een Industriële Revolutie moeten plaatsvinden.
Rusland was een boerensamenleving/agrarische samenleving. Er was geen arbeidersklassen maar een boerenklasse die verarmd was.


Slide 25 - Tekstslide

3b
De Oktoberrevolutie voldeed hier niet aan. De machtsovername door de bolsjewieken was tot in de details voorbereid en gepland (dus: niet spontaan). De machtsovername speelde zich in Petrograd af en daarbij was slechts een handjevol bolsjewieken betrokken (dus: niet massaal.) Marx ging ervan uit dat de kloof tussen arm en rijk zo groot zou worden, dan de armen spontaan in een opstand zou komen. 

Slide 26 - Tekstslide

3c
Op deze manier zou de grond in handen van de gemeenschap komen, in plaats van in handen van enkele rijken. Marx was een voorstander van het gemeenschappelijk bezit van de productiemiddelen. De doelstelling past dus goed bij Marx’ theorie.

Slide 27 - Tekstslide

3d
Met de invoering van de NEP kregen de boeren een financiële prikkel: een behoorlijk deel van de oogst mochten ze verkopen. Dat is dus ‘een stap terug’ in de richting van het kapitalisme. Lenin vond de invoering van de NEP toch noodzakelijk, omdat er te weinig voedsel geproduceerd werd om de Russische bevolking in leven te houden. Een hongerige bevolking is ongeschikt om het land opnieuw op te bouwen, maar zal in opstand komen of alles saboteren.

Slide 28 - Tekstslide

3e
Stalins economisch beleid past beter bij Marx’ theorie: hij maakte de grond weer gemeenschappelijk bezit en beëindigde het experiment van de NEP.

Slide 29 - Tekstslide

20 januari les
wat gaan we doen:
- bespreken van de leerdoelen in groepjes. Schrijf de leerdoelen in je schrift of typ het in een bestand. Dit heb je misschien later nog nodig. Bespreek ook de leerdoelen met elkaar en verdeel taken: wie kan welk leerdoel kan uitleggen in de stream. 
- als alle leerdoelen zijn uitgewerkt, maak dan de vragen 2, 5 en 6. 

Slide 30 - Tekstslide

Leerdoelen 20 januari:
aan het einde van deze les kun je:
- Een beeld schetsen van de Russische samenleving rond 1900
- kun je beschrijven waarom de Eerste Wereldoorlog de situatie in Rusland rijp maakte voor een revolutie
- beschrijven waarom en hoe de communisten bij de economische politiek soms voor een idealistische aanpak kozen en soms voor een pragmatische aanpak. Noem hier ook voorbeelden van Lenin en Stalin.
- kun je overeenkomsten en verschillen benoemen tussen het beleid van Lenin en Stalin
- uitleggen dat Lenin de leer van Marx op 2 verschillende aspecten heeft aangepast: wat is het verschil tussen het marxisme en het leninisme?

Slide 31 - Tekstslide

Break out room
We gaan in groepjes uiteen. Jullie krijgen 20 minuten de tijd voor het uitwerken van de leerdoelen. Ben je eerder klaar, maak dan online de vragen 2, 5 en 6. In magister staan de leerdoelen bij het huiswerk van vandaag.

timer
20:00

Slide 32 - Tekstslide

Leerdoelen delen in de stream
We bespreken de leerdoelen kort met elkaar. 

Slide 33 - Tekstslide

Introductie Stalin
Jullie kennen de theorie over het Marxisme, het leninisme. IN deze les staat het Stalinisme centraal. 

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Kenmerken van Stalins beleid

Slide 36 - Open vraag

Slide 37 - Video

huiswerk
Maken vraag 7 8 en 11 uit 9.2 Maak de vragen online, dan kan de docent de vorderingen zien die je maakt.  

Slide 38 - Tekstslide