Bij het vak geschiedenis heb je twee soorten bronnen, namelijk:
1. Een directe bron (= primaire bron) is een overblijfsel uit de tijd waarin de bron zelf gemaakt of gebruikt is.
Wie de bron heeft achtergelaten is dan van dezelfde tijd als de directe bron (= primaire bron) zelf.
2. Als de maker van de bron niet in dezelfde tijd als de bron leefde of niet aanwezig was bij de gebeurtenis waarover de bron gaat, dan is de bron een indirecte bron (= secundaire bron).
Je ziet op de achtergrond een (deel van een) schilderij van een grote vergadering van regenten uit de Zeven Gewesten in de Ridderzaal in Den Haag (1651), geschilderd door Isings in 1948.
Dit schilderij is een voorbeeld van een...