Thema 12.1 Enzymen

12.1 enzymen
Lesprogramma


Je kunt beschrijven welke rol bacteriën en schimmels spelen bij voedselproductie en voedsel bederf
Je kunt de werking van enzymen beschrijven.


Huiswerk
T12.1 opdr 2 t/m 7



1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

12.1 enzymen
Lesprogramma


Je kunt beschrijven welke rol bacteriën en schimmels spelen bij voedselproductie en voedsel bederf
Je kunt de werking van enzymen beschrijven.


Huiswerk
T12.1 opdr 2 t/m 7



Slide 1 - Tekstslide

Geef deze les vanuit de context van eten. Welk eten vinden de leerlingen lekker en wat is allemaal van planten gemaakt.
'
doel is vooral dat leerlingen snappen dat planten: vetten, koolhydraten, en eiwitten maken d.m.v. glucose.
Leerdoelen
Aan het eind van deze les kan ik...
Je kunt de werking van enzymen beschrijven.
Je kunt beschrijven welke rol bacteriën en schimmels spelen bij voedselbederf.
Je kunt manieren noemen waarop voedsel kan worden geconserveerd.



Begrippen
enzym, enzymactiviteit, optimumkromme, optimumtemperatuur, pH, zuurgraad, joodoplossing,
conserveermiddel, conserveren, pasteuriseren, steriliseren

Huiswerk: opdrachten in opdr 1-3 thema 10.1.
opdr 1-3 van thema 10.2 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stofwisseling
Wisselen van stoffen
Kan energie kosten (Fotosynthese)
Of er komt energie vrij! (verbranding)
Stofwisseling = alle processen in een organisme waarbij stoffen worden omgezet in andere stoffen


Slide 3 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Stofwisseling

Slide 4 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Hoe werken Enzymen?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedselbederf
Ons voedsel bestaat grotendeels uit dode resten van organismen. Schimmels en bacteriën breken dode resten van organismen af. Enzymen versnellen dit proces. 
Bij optimale omstandigheden (warm, vochtig) gaat dit het snelst.
Je voedsel bederft dan.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedselvergiftiging

Bij de afbraak van voedsel kunnen giftige stoffen ontstaan die voedselvergiftiging veroorzaken. Je krijgt dan vaak buikpijn diarree en moet overgeven.


Als voedsel grote hoeveelheden schadelijke schimmels en bacteriën bevat (en niet goed bereid wordt) kun je zelfs een voedselinfectie krijgen. Bijvoorbeeld een besmetting met de salmonellabacterie. ---> Diarree, overgeven, buikkramp en soms zelfs koorts.




Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedsel conserveren
Door voedsel te conserveren kunnen we het  langer houdbaar maken.

De omstandigheden voor bacteriën en schimmels worden dan ongunstig gemaakt.
Bijvoorbeeld bij een lage temperatuur of een droge omgeving zijn de meeste enzymen in schimmels en bacteriën niet actief en voedsel bederft dus minder snel.


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Manieren van conserveren
Er zijn verschillende manieren waarop de omstandigheden voor (de enzymen van) schimmels en bacteriën ongunstig gemaakt kunnen worden.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conserveermiddelen
Je kunt ook conserveren door stoffen toe te voegen.
  • Zout
  • Suiker
  • Zuur
Ook deze stoffen zorgen voor ongunstige omstandigheden. Bijvoorbeeld door de zuur toe te voegen verandert de pH waarde waardoor de enzymen kapot gaan.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
thema 12.1
- Opdrachten boek
-

harde werkers
maak examenopdrachten




Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies