Toets bespreking

Toets bespreken
Havo 4
Tijdvak 5 t/m 7 + KA's 
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Toets bespreken
Havo 4
Tijdvak 5 t/m 7 + KA's 

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:

- Bespreken toets

- Zelf toets bekijken

Slide 2 - Tekstslide

Toets bespreken


Hoe? 

Eerst bespreek ik de vragen klassikaal. 
Vragen? schrijf ze even op.
Als alle vragen besproken zijn mogen er vragen gesteld worden. 

Slide 3 - Tekstslide

Vraag 1
(3p, T) Zet de volgende gebeurtenissen op chronologische volgorde.

a. Overal in Europa breken democratische revoluties uit.
b. Het rationeel optimisme komt op
c. Napoleon komt aan de macht en regeert als verlicht absolutist
d. De maatschappij is ingedeeld volgens het ancien regime.
e. Tijdens het congres van wenen wordt besloten een restauratie van het ancien regime te  bewerkstelligen.

d - b - a - c - e   

Slide 4 - Tekstslide

Vraag 2
Bron 1. De Franse wiskundige en historicus Condorcet, 1793.

 "Daarom zal de tijd komen dat de zon alleen op vrije mensen zal schijnen, die geen andere meester dan hun gezonde verstand kennen; dat tirannen en slaven, priesters en hun domme of huichelachtige werktuigen alleen nog in geschiedenisboeken en op het toneel zullen bestaan; en dat we alleen nog aan hen denken om medelijden met hun slachtoffers en gedupeerden te hebben; om onszelf in een toestand van waakzaamheid te houden door aan hun uitwassen te denken; en om te leren hoe we de eerste kiemen van tirannie kunnen herkennen, mochten deze het ooit wagen weer onder ons op te duiken, en hoe we deze met de kracht van het verstand kunnen vernietigen."

(1p, T) Hoe blijkt uit bron 1 dat Condorcet een verlicht denker is?

(1p, T) Uit bron 1 blijkt dat Condorcet een erg groot voorstander was van het schoolvak geschiedenis. Verklaar met behulp van de bron waarom Condorcet het belangrijk vindt dat men geschiedenis blijft behouden als schoolvak.

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 3
De wetenschappelijke revolutie vond ongeveer een eeuw eerder plaats dan de opkomst van het rationeel optimisme van de verlichte denkers.

(1p, R) De wetenschappers uit de wetenschappelijke revolutie gingen op zoek naar god met hun experimenten. Wat was het doel van de verlichte filosofen? 

(2p, i) Verdedig de volgende stelling:

‘Als de wetenschappelijke revolutie niet had plaatsgevonden dan was het rationeel optimisme ook nooit ontstaan’

Slide 6 - Tekstslide

vraag 4
In 1777 schrijft de Pruisische koning Frederik de Grote over de manier waarop een land moet worden bestuurd:

‘De koning is de vertegenwoordiger van de staat. Hij en zijn volk vormen samen één lichaam, dat alleen gelukkig kan zijn als de afzonderlijke delen door eensgezindheid bij elkaar worden gehouden. De vorst is voor de samenleving wat het hoofd is voor het lichaam: hij moet voor de hele gemeenschap zien, denken en optreden om haar alle gewenste voordelen te verschaffen. Als men wil dat het koningschap het wint van de republikeinse staatsvorm, dan staat de opdracht van de koning vast: hij moet energiek en eerlijk zijn, en al zijn krachten gebruiken om de taak die hem is opgelegd te vervullen.


(2p T) Gebruik bron 2. Leg uit dat bron 2 past bij een kenmerkend aspect van de achttiende
eeuw. (dus ka noemen en uitleg waarom je hiervoor hebt gekozen)

Slide 7 - Tekstslide

Vraag 5
( 1p, T) Twee gegevens:

In 1630 veroverde de Nederlandse West-Indische Compagnie (WIC) de stad Recife in Brazilië. Rondom de stad lagen veel suikerplantages.

In 1637 veroverde de WIC het fort Elmina aan de kust van het huidige Ghana.

Leg uit dat de verovering van Recife de inname van Elmina wenselijk maakte.

Slide 8 - Tekstslide

b. Bekijk bron 3. (1p, i) Verklaar hoe de Europeanen bron 3 zouden kunnen gebruiken om de slavenhandel te verdedigen

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 6
Maar het ondragelijkste voor hun is, dat ofschoon een neger en zijn vrouw voor elkaar de grootste genegenheid voelen, de vrouw zich de walgelijke omhelzingen van een opzichter moet laten welgevallen. Zij moet dit toestaan, wil zij haar man niet in stukken geslagen zien worden. Deze onwaardige behandeling heeft hen dikwijls tot de gewelddadigste wanhoop vervoerd.

a.  ( p1, T) Was Stedman een abolitionist? Beargumenteer je keuze met behulp van de bron.

b. ( p1, T) Hoe heeft het verlichtingsdenken er voor gezorgd dat het abolitionisme opkwam?

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 7
Verdedig de volgende beide stellingen

(2p, I) ‘De Franse revolutie was het gevolg van het verlichtingsdenken’ 

(2p, I)‘De Franse revolutie was het gevolg van misoogsten en slechte beslissingen van de koning’

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 8
1: In 1685 verbood de Franse koning Lodewijk XIV het protestantisme, omdat hij vond dat godsdienstige verdeeldheid zijn macht over het land inperkte. Bernard en zijn familie waren hugenoten (protestanten) en vluchtten daarom weg uit Frankrijk.
2: Tussen 1723 en 1743 publiceerde Bernard een boek in zeven delen waarin hij de godsdiensten van de wereld beschreef als gelijkwaardig aan elkaar. Het boek werd een groot succes.
3: Een deel van de winst uit zijn boeken investeerde Bernard vanaf 1730 in de Franse kolonie Louisiana in Noord-Amerika, waar geprobeerd werd een plantage-economie te ontwikkelen. Gebeurtenissen uit het leven van Jean Frédéric Bernard illustreren verschillende kenmerkende aspecten van zijn tijd.


1 KA: 23 het streven van vorsten naar absolute macht
2: KA: 27 rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
3: KA: 29 uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden transatlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme

Slide 12 - Tekstslide

handout
Wat?
Vul de hand out zo volledig mogelijk in

Waarom? 
De handout laat zien hoe je moet leren voor verschillende vragen. Dit is handige om te weten voor de volgende toets.

hoe? 
Je krijgt hiervoor 10 minuten de tijd. Je werkt alleen. 
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide