LEZEN

nakijken

opdr 8 blz. 17
(was geen huiswerk)



1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

nakijken

opdr 8 blz. 17
(was geen huiswerk)



Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Antwoorden
(1) komedie [Hot Fuzz], 
(2) Horror [Ghostbusters], 
(3) Western [Ria Bravo], 
(4) Actie [Speed]

Slide 3 - Tekstslide

Je weet nu...
...hoe je op verschillende manieren een boek kunt kiezen 

...welke genres er zijn

...hoe je het genre van een boek kunt herkennen

Slide 4 - Tekstslide

1.2 LEZEN 
BLZ. 24

80% van je examen gaat over lezen 

oktober: Toets 
 LEZEN Hoofdstuk 1 +2 

Slide 5 - Tekstslide

Doel van de les
Je weet wat leesstrategieën  zijn.
Je weet wat tekstverbanden zijn.
Je weet wat signaalwoorden zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Weet je het nog?
Welke manieren van lezen zijn er ook alweer?

Slide 7 - Tekstslide

4 manieren van lezen
verkennend lezen
eerste indruk, titel, plaatjes

nauwkeurig lezen
helemaal lezen om te begrijpen

zoekend lezen
zoeken naar een antwoord

studerend lezen
lezen om te onthouden

Slide 8 - Tekstslide

En wie weet het (nog)...
Wat is een tekstverband?
Wat is een signaalwoord?

Slide 9 - Tekstslide

tekstverband          I    signaalwoorden
opsommend
ten eerste, ook, en
tijdsvolgorde
eerst, daarna, nadat
tegenstellend
maar, toch
uitleggend
dat wil zeggen, zoals
redengevend
want, omdat, daarom
concluderend
dus,
oorzaak/ gevolg
daardoor

Slide 10 - Tekstslide

Genekt door de tablet - blz. 24
Lees tekst 1 aandachtig.
Maak dan opdr 2 + 3 blz. 25




WE KIJKEN NA MET PUNTEN (TOTAAL 12 PUNTEN)
timer
10:00

Slide 11 - Tekstslide

Doel van de les

Je weet hoe je scoort op begrijpend lezen.


(okt: toets Lezen H1 en H2)

Slide 12 - Tekstslide

Nakijken opdr 2 en 3 blz. 25
"Genekt door de tablet"





Totaal: 12 punten

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Er komt een tekst over voeding

Weet je wat het verschil is tussen 
vegetarisch en vegan?

Er komt een tekst over 
voeding
Wat is het verschil tussen vegan en vegetarisch eten?
weetje

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Aan de slag

Zelf lezen:  tekst 2 blz. 27

MK OPDR 6 en 7
BLZ. 27, 28


timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide

Nakijken met punten

OPDR 6 en 7

BLZ. 27, 28

(13 punten)

Slide 18 - Tekstslide

Thriller
We lezen het verhaal You're Next van Chinouk Thijssen.


Opdracht:
Schrijf een vervolg van 200 woorden. 

Slide 19 - Tekstslide

"You're next" - het vervolg
(minimaal 200 woorden)

Wie wil zijn/ haar verhaal met ons delen?
Daarna kunnen we stemmen.


Slide 20 - Tekstslide

Doel van de les
Je weet hoe een tekst is opgebouwd.

Je weet hoe een alinea is opgebouwd.

Slide 21 - Tekstslide

Hoe is een tekst opgebouwd? (blz. 29)
Er zijn twee manieren:

inleiding-kern-slot
driedeling
laatste alinea is een afronding (conclusie of samenvatting)

inleiding-kern
tweedeling
laatste alinea geeft  nieuwe informatie.


Slide 22 - Tekstslide

Hoe is een alinea opgebouwd? (blz. 29)
In iedere alinea staat een kernzin
Daar staat de belangrijkste informatie in. 
De rest is uitleg.
De kernzin is vaak de eerste zin van de alinea, soms ook de tweede of laatste.

Slide 23 - Tekstslide

Er komt een tekst met vragen
over het dorpje Pioppi (Italië),
 waar de mensen heel oud worden.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Aan de slag
Lezen tekst 3 en tekst 4 blz. 31

mk opdr 11 t/m 13 blz. 30, 32

Eerder klaar? 
timer
15:00

Slide 26 - Tekstslide

Vandaag sluiten we het onderdeel "Lezen" af 
met een LEESTAAK.

Slide 27 - Tekstslide

Zoek een leesboek voor 30 sept

Slide 28 - Tekstslide

Nakijken opdr 11 t/m 13 
blz. 30, 32  
(20 punten)

Slide 29 - Tekstslide

Laatste opdracht "LEESTAAK"
MAAR eerst even je voorkennis testen.

pak je iPad en ga naar LessonUp

Slide 30 - Tekstslide

Welke 4 tekstdoelen zijn er?

Slide 31 - Open vraag

Wat betekent 'citeren'?
A
Een zin uit de tekst in eigen woorden noteren.
B
Een zin uit de tekst letterlijk overnemen.

Slide 32 - Quizvraag

Hoe moet je een zin citeren?

Je noteert......
A
de eerste 2 en de laatste 2 woorden
B
Het eerste woord en laatste woord.

Slide 33 - Quizvraag

Wat is een conclusie?
A
Een reden van iets
B
Een oorzaak van iets
C
Een uitkomst van iets

Slide 34 - Quizvraag

Welk signaalwoord geeft een concluderend verband aan?
A
bovendien
B
dus
C
maar
D
ten eerste

Slide 35 - Quizvraag

Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord "OOK" ?
A
tegenstellend
B
redengevend
C
concluderend
D
opsommend

Slide 36 - Quizvraag

FOCUS

Slide 37 - Tekstslide

Lezen tekst 6 blz. 37, 38
mk opdr 19 t/m 22


timer
20:00

Slide 38 - Tekstslide