Tegenwoordige tijd
Ik dans
Jij danst in de discotheek
Hij danst met mij
Wij dansen de hele nacht
Jullie dansen nooit
Zij dansen
Hulpwerkwoord + voltooid deelwoord
Ik heb gedanst
Jij hebt in de discotheek gedanst
Hij heeft met mij gedanst
Wij hebben de hele nacht gedanst
Jullie hebben nooit gedanst
Zij hebben gedanst