2ha4 - 003 1e en 4e naamval ein- und der-Gruppe
1 / 22
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Tot nu toe weten jullie dat het onderwerp de .... wordt genoemd en het lijdend voorwerp de ... naamval.
A
eerste / vierde
B
vierde / eerste
Slide 3 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
De persoonlijke voornaamwoorden ich, du, er, wir kunnen alleen maar het ..... van een zin zijn.
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkend voorwerp
D
gezegde
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wanneer komt er ook alweer een e achter een bezittelijk voornaamwoord?
Slide 8 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Wanneer komt er dus -en achter een bezittelijk voornaamwoord?
Slide 9 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Der Deutschlehrer hat .... Fehler (m) gemacht.
A
ein
B
eine
C
einen
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Ich möchte .... Cola (v) bitte.
A
ein
B
eine
C
einen
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
..... Eltern gucken auch gerne Netflix.
A
Mein
B
Meine
C
Meinen
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Kannst du bitte .... Zimmer (o) aufräumen?
A
dein
B
deine
C
deinen
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
In der Schule haben wir immer ... gute Laune (v).
A
ein
B
eine
C
einen
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Ich habe .... Zucker vergessen!
A
der
B
die
C
das
D
den
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wir haben ... Hund (m), aber wir haben ... Katzen (mv).
A
ein / kein
B
einen / keine
C
eine / kein
D
keinen / eine
Slide 16 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Sabine hat .... Bruder schon lange nicht gesehen.
A
ihr
B
ihre
C
ihren
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe zeg ik mijn, jouw, zijn en haar in het Duits?
Slide 18 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe zeg ik ons / onze, jullie, hun / uw in het Duits?
Slide 19 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Die Metzgerei
Die Bäckerei
Der Kiosk
Der Obst- und Gemüseladen
Die Drogerie
Die Konditorei
Der Handyladen
Die Apotheke
das Fleisch
das Ladegerät
die Zeitung
das belegte Brötchen
die Mören
die Seife
der Kuchen
die Pflaster (mv)
Slide 21 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
