10.4 De Europese eenwording

Opdracht: Tijdlijn maken van paragraaf 10.4
  • Wat? In eigen woorden een tijdlijn maken van paragraaf 10.4
  • Hoe? Maak gebruik van het tekstboek en deze Lessonup
  • Hulp? Naaste klasgenoot, de docent. 
  • Tijd? 45 minuten
  • Uitkomst? Een individuele tijdlijn waarin ten minste 10 jaartallen staan.
  • Daarnaast gebruiken jullie de begrippen lidstaat, Raad van Ministers, Europese Commissie, Europese Raad, Europese Unie
  • Klaar? Maak HD 1, 2, 3

timer
45:00
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Opdracht: Tijdlijn maken van paragraaf 10.4
  • Wat? In eigen woorden een tijdlijn maken van paragraaf 10.4
  • Hoe? Maak gebruik van het tekstboek en deze Lessonup
  • Hulp? Naaste klasgenoot, de docent. 
  • Tijd? 45 minuten
  • Uitkomst? Een individuele tijdlijn waarin ten minste 10 jaartallen staan.
  • Daarnaast gebruiken jullie de begrippen lidstaat, Raad van Ministers, Europese Commissie, Europese Raad, Europese Unie
  • Klaar? Maak HD 1, 2, 3

timer
45:00

Slide 1 - Tekstslide

H10 De tijd van tv en computer
10.4 De Europese eenwording


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen waarom de Europese eenwording tot stand is gekomen.

Slide 4 - Tekstslide

Benelux

  • Nederland, België en Luxenburg vormen samen een gemeenschappelijke markt
  • Geen onderlinge invoertarieven

Slide 5 - Tekstslide

EGKS
  • De Benelux is een voorbeeld geweest voor de andere landen

  • In 1950 stelden Frankrijk en West-Duitsland voor om de gemeenschap voor kolen en staal (EGKS) op te richten.

  • Kolen en staal waren waren nodig om een leger te bouwen, daarom kwam de productie daarvan nu onder gemeenschappelijk toezicht

Slide 6 - Tekstslide


De EEG
  • In 1958 besluiten de EGKS-landen om hun samenwerking verder uit te breiden
  • Het nieuwe verbond kreeg de naam: Europese Economische Gemeenschap (EEG)
  • Er werd een dagelijks bestuur ingesteld, de Europese Commissie

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide


Raad van Europa
  • In 1949 richtten tien landen de Raad van Europa op

  • Vandaag zitten bijna alle landen van Europa in deze raad, dus niet alleen de landen van de Europese Unie

  • Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens moet bepalen of de lidstaten de mensenrechten naleven

Slide 9 - Tekstslide

Triomf van de democratie
  • Het ging na de oorlog erg goed met de democratische landen in Europa, ook Duitsland genoot van de welvaart
  • Het succes van de Duitse economie na de Tweede Wereldoorlog wordt ook wel het wirtschaftswunder genoemd
  • In de jaren '70 kregen ook Zuid-Europese landen een democratisch bestuur, daarom mochten ook zij toetreden tot de EEG
  • De EEG groeit later uit tot de Europese Unie

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

En Engeland?

Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

0

Slide 14 - Video

welke kritiek heeft de tekenaar op de Europese eenwording? Beargumenteer of de kritiek een kern van waarheid heeft of niet.

Slide 15 - Open vraag