In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Willkommen bei Deutsch!
Slide 1 - Tekstslide
Die Planung
die erste Unterrichtsstunde
Leesstrategie 'Intensief lezen'
Die besten Schulzeitungen
Signalwörter
das golden Teams-Album
die zweite Unterrichtsstunde
Bewerbung
Bewerbungsgespräch
An die Arbeit!
die dritte Unterrichtsstunde
Grammatik C+E
An die Arbeit
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt de leesstrategie intensief lezen toepassen.
Je kent een aantal Duitse signaalwoorden in 'opsomming' en 'reden - oorzaak'.
timer
1:30000
Noteer de leerdoelen in jouw schrift.
Noteer de antwoorden op de leerdoelen in jouw schrift.
Slide 3 - Tekstslide
Leesstrategieën
Wat is een leesstrategie? = hoe je een tekst leest.
- oriënterend lezen
- globaal lezen
- zoekend lezen
- intensief lezen
Slide 4 - Tekstslide
Leesstrategieën
Hoe weet je welke je moet gebruiken? = lees eerst de vraag, bepaal wat voor soort informatie je nodig hebt en waar in de tekst je het kunt vinden.
Slide 5 - Tekstslide
Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?
Situatie 1:
Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is.
Situatie 2:
Voor biologie moet je een werkstuk maken over klimaatverandering. Je hebt op een internet een tekst gevonden over het klimaat. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.
Situatie 3:
Je hebt morgen een toets over politieke besluitvormingen. Je leest de tekst in je boek maatschappijleer.
Situatie 4:
Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de prijzen. Je bezoek de website van het pretpark.
Orienterend lezen
Globaal lezen
Precies lezen
Zoekend lezen
Kritisch lezen
Slide 6 - Sleepvraag
Intensief lezen
Slide 7 - Tekstslide
Intensief lezen
Stap 1: Begin eerst met het globaal lezen van de tekst.
Stap 2: Onderstreep in de tekst de kernwoorden (belangrijke woorden). Bepaal hiermee per alinea de hoofdgedachte (=kern).
Stap 3: Omcirkel de signaalwoorden die het verband tussen de paragrafen / alinea’s duidelijk maken.
Stap 4: Zoek de betekenis van belangrijke moeilijke woordenopof probeer de betekenis ervan af te leiden.
Intensief lezen: de hele tekst regel voor regel doorlezen
Slide 8 - Tekstslide
jk
Waar gaat de tekst over?
Klicke auf dem Bild um den Text zu vergrößern!
timer
1:00
Slide 9 - Tekstslide
Waar gaat de tekst over?
timer
0:30
Slide 10 - Open vraag
jk
Waarom heeft de 'Von-Ketteler-
Schule' Oelde gewonnen?
Klicke auf dem Bild um den Text zu vergrößern!
timer
3:00
Slide 11 - Tekstslide
Warum hat die Von-Ketteler-Schule Oelde gewonnen?
timer
1:00
Slide 12 - Open vraag
Hoe kom je in het bezit van het
album “Golden Teams”?
Klicke auf dem Bild um den Text zu vergrößern!
timer
3:00
Slide 13 - Tekstslide
Hoe kom je in het bezit van het album “Golden Teams”?
A
door een bestelling te plaatsen bij de Duitse voetbalbond
B
door een speciale fietskaart aan te schaffen
C
door naar een ruilbeurs voor voetbalplaatjes te gaan
Slide 14 - Quizvraag
Intensief lezen
Geef van elk van de onderstaande beweringen aan
of deze wel of niet overeenkomt met alinea 2.
Voor Motup begint de vakantie.
In de schoolperiodes woont Motup niet thuis.
Motup gaat met de boot naar school.
De weg naar school duurt maximaal vier dagen.
timer
4:00
Slide 15 - Tekstslide
Geef van elk van de onderstaande beweringen aan of deze wel of niet overeenkomt met alinea 2.
timer
1:30
WEL
NIET
Voor Motup begint de vakantie.
In de schoolperiodes woont Motop niet thuis.
Motup gaat met de boot naar school.
De weg naar school duurt maximaal vier dagen.
Slide 16 - Sleepvraag
Welche Aussage stimmt mit dem 3. Absatz überein?
A
Der Fluss verändert sich ständig.
B
Das Eis ist überall sehr dick.
C
Das Wasser im Fluss strömt sehr schnell.
D
Geen van de beweringen.
Slide 17 - Quizvraag
Was wird im 4. Absatz ausgesagt?
A
Motup legt den Schulweg zweimal im Jahr zurück.
B
Motup legt den Schulweg dreimal im Jahr zurück.
C
Motup legt den Schulweg viermal im Jahr zurück.
D
Geen van de beweringen.
Slide 18 - Quizvraag
Signaalwoorden kunnen verschillende verbanden aangeven:
Opsomming
Uitleg (oorzaak, reden & gevolg)
Tijd (volgorde)
Tegenstelling
Voorbeeld
Slide 19 - Tekstslide
De volgende signaalwoorden staan in de Wörterliste(n) Kapitel 5. Geef aan bij welk verband ze horen.
Opsomming
Reden - oorzaak
weil
und
also
auch
damit
Slide 20 - Sleepvraag
Terugkijken
Heb je het leerdoel bereikt voor jezelf ?
* Ja - ik heb de tekst intensief gelezen en kon de vragen beantwoorden en begrijp de tekst.
* Nee- ik heb de tekst niet goed gelezen en kon de vragen niet beantwoorden en of ik begrijp de tekst nog niet.
Slide 21 - Tekstslide
Terugkijken
Heb je het leerdoel bereikt voor jezelf ?
* Ja - ik heb de tekst intensief gelezen en kon de vragen beantwoorden en begrijp de tekst.
Hoe ga je de volgende keer een tekst lezen? Welke strategieën ga je toepassen ?
Slide 22 - Tekstslide
Terugkijken
* Nee- ik heb de tekst niet goed gelezen en kon de vragen niet beantwoorden en of ik begrijp de tekst nog niet.
Hoe komt dit denk je? Wat zou je hieraan kunnen doen?