Kwetsbaarheid

Doel van de workshop
Je kunt situaties noemen waarin mensen/we kwetsbaar zijn.

Je kunt benoemen op welke momenten je zelf kwetsbaar bent.

Je kunt uitleggen op welke manier je rekening kunt houden met de kwetsbaarheid van anderen.
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Doel van de workshop
Je kunt situaties noemen waarin mensen/we kwetsbaar zijn.

Je kunt benoemen op welke momenten je zelf kwetsbaar bent.

Je kunt uitleggen op welke manier je rekening kunt houden met de kwetsbaarheid van anderen.

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht
Je krijgt een aantal afbeeldingen te zien.

Bedenk voor jezelf of kwetsbaarheid past bij de foto en waarom.
Kom in beweging.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Waarom is deze workshop zonder laptops en telefoons denk je?

Slide 15 - Tekstslide

Kwetsbaarheid wat is dat eigenlijk?

Waar denk jij aan bij kwetsbaarheid.

Schrijf dat op je A4-tje en houd het omhoog.



Slide 16 - Tekstslide

Heb jij dat gevoel wel eens?
Er zijn prettige en onprettige gevoelens.

Er wordt nu een aantal keer een 'gevoel' genoemd. 

Past dat gevoel bij kwetsbaarheid volgens jou? 
Loop naar de kant ja of nee

Slide 17 - Tekstslide

Schaamte

Het idee dat over hoe je denkt dat je moet zijn.
'Ben ik wel goed genoeg? Vinden anderen mij wel leuk?

Dit idee kun je jezelf geven, maar daarin spelen anderen ook een belangrijke rol.

Slide 18 - Tekstslide

Heb jij dat gevoel wel eens?
Er zijn prettige en onprettige gevoelens.
Er wordt nu een aantal keer een 'gevoel' genoemd. 

Herken je dat gevoel bij jezelf? 
Loop naar de kant ja of nee

Slide 19 - Tekstslide

Heb jij dat gevoel wel eens?
Er zijn prettige die je wel eens vaker zou willen hebben en onprettige gevoelens die je minder vaak zou willen hebben.

Kies een gevoel dat je vaker zou willen hebben en een gevoel dat je minder vaak zou willen hebben.

Slide 20 - Tekstslide

Wat je doet heeft betekenis voor anderen
We maken alles wat onzeker is zeker.

We maken alles perfect.

We doen alsof wat we doen geen impact heeft.


Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide