2G1 en 2G2 - 6 nov 24 - TC B1 2.2. - woorden semantiseren bij de tekst (deel 1)

Welkom!
Start TC 2.2.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Start TC 2.2.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toets thema 1
Donderdag

Alle online opdrachten moeten af zijn!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe woorden

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De energie
De energie kan twee betekenissen hebben.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De energie
= de stroom

In Nederland is er
altijd genoeg energie.

Windenergie is goed voor het milieu.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De energie
Als ik 's ochtends wakker word, 
dan heb ik veel energie.


Als ik tot 23:30 uur moet werken, dan ben ik moe. Dan heb ik geen energie meer.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

concentreren

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Concentreren

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kun je je beter concentreren?

rustige omgeving
muziek die je helpt concentreren
gezond eten
voldoende bewegen

Slide 9 - Tekstslide

Pomodoro techniek:
3x 25 minuten werken 5 minuten pauze
na de 4e keer 25 minuten->half uur pauze
 Concentreren

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De grens

Een grens, twee grenzen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De grenzen van Nederland.

Nederland grenst aan België en Duitsland.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mijn persoonlijke grens
Een grens is een scheidingslijn
Zichtbare grenzen
Denkbeeldige grenzen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijke grenzen 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de zieke
iemand die ziek is

De zieke had 40 graden koorts en moest in bed blijven.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergelijken

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TRAPPEN VAN VERGELIJKING
Mensen, dieren en dingen vergelijken

Woord: leuk
 leuker
leukst

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik vergelijk mezelf met mijn zus.

Mijn zus is langer dan ik.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
1. Onderdeel 1 lezen we samen. De opdracht maken we samen. (pagina 53)
2. Onderdeel 2, 3 en 4 lees je in tweetallen. De opdracht mag je samen maken.

Huiswerk voor dinsdag 12 november: opdracht 28 en 29 (pagina 52-54)

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies