9.4 elektronische schakelingen

Klas 4 
KB hfd 9.4
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Klas 4 
KB hfd 9.4

Slide 1 - Tekstslide

Planning
herhaling 9.3
uitleg 9.4 
aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Weten hoe een elektronische schakeling werkt

Slide 3 - Tekstslide

Reedcontact

Slide 4 - Tekstslide

Reedcontact
- Magnetische schakelaar
- Schakelaar sluit als er een magneet in de buurt van het reedcontact is
- Toepassingen: alarmsysteem, kilometerteller van een fiets

Slide 5 - Tekstslide

Relais

Slide 6 - Tekstslide

Relais

Slide 7 - Tekstslide

schakelsymbool relais

Slide 8 - Tekstslide

Transistor

Slide 9 - Tekstslide

sensor = reedcontact
transistor = verwerker
zoemer = actuator

Slide 10 - Tekstslide

Aan het werk!
Wat? afmaken 9.3 relais - opdrachten 1 t/m 9
 Waar? online boek via magister. 


Klaar? maken test jezelf online van §9.3
Tijd over? alvast lezen §9.4

timer
10:00

Slide 11 - Tekstslide

Transistor

Slide 12 - Tekstslide

Werking transistor
Inbraak alarm

Slide 13 - Tekstslide

Condensator
  • Een oplaadbare spanningsbron.
  • bevat minder elektrische energie dan een oplaadbare spanningsbron.
  • Elke condensator heeft een bepaalde capaciteit, farad.

Slide 14 - Tekstslide

Een condensator
Twee metalen plaatjes met daartussen een isolator
(een materiaal dat geen stroom geleid)

In de condensator kan tijdelijk energie opgeslagen worden

Bijvoorbeeld bij een fototoestel

Slide 15 - Tekstslide

Diode
1

Slide 16 - Tekstslide

LED
een LED (light emitting diode) is een diode die licht geeft

Slide 17 - Tekstslide

De eenheid van elektrische stroom is...
A
volt
B
ampère
C
watt

Slide 18 - Quizvraag

Wat beweegt bij een elektrische stroom?
A
Atomen
B
Protonen
C
Elektronen
D
neutronen

Slide 19 - Quizvraag

Het symbool voor de elektrische stroom is
A
U
B
I
C
A
D
R

Slide 20 - Quizvraag

De elektrische stroom loopt van
A
plus naar min
B
min naar plus

Slide 21 - Quizvraag

om een elektrische stroom te laten lopen moet altijd:
A
De stroomkring gesloten zijn
B
een spanningsbron aanwezig zijn
C
beide antwoorden zijn goed

Slide 22 - Quizvraag

Een transistor is een elektrische schakelaar. Welke 3 aansluitpunten heeft de transistor?
A
Aansluitingspunt, maakpunt en breekpunt
B
Collectant, base en uitschakeling
C
Basis, emitter, collector
D
Invoegpunt, Bewerkingspunt en uitwerkpunt

Slide 23 - Quizvraag

Wat is een relais?
A
Een elektrische schakelaar
B
Een magnetische schakelaar
C
Een lichtschakelaar
D
Een drukschakelaar

Slide 24 - Quizvraag


Welke soort schakeling
is de elektrische schakeling van een huis?
A
serieschakeling
B
parallel schakeling
C
gemengde schakeling
D
iets anders

Slide 25 - Quizvraag

Een reedcontact is een elektro-magnetische schakelaar.
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Wat doet een reedcontact als je er een magneet bij houdt?
A
Licht geven.
B
De magneet aantrekken.
C
Zorgen voor een gesloten stroomking.
D
Geluid geven.

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de functie van een diode?
A
laat stroom in een richting door
B
laat stroom niet door
C
laat stroom door in twee richtingen door
D
laat stroom in drie richtingen door

Slide 28 - Quizvraag

Waarvoor gebruik je een condensator in een schakeling?
A
Een condensator gebruik je nooit
B
Om de stroom door te laten lopen nadat je uitschakelt
C
om de lamp op je fiets aan te laten gaan
D
als schakelaar in een schakeling

Slide 29 - Quizvraag

Een condensator geeft een constante spanning
A
waar
B
niet waar

Slide 30 - Quizvraag

Waar kan je een condensator
het best mee vergelijken?
A
Lamp
B
Transistor
C
Dynamo
D
Batterij

Slide 31 - Quizvraag

Aan het werk!
Wat? 9.4 elektronische schakelingen - opdrachten 1 t/m 12
 Waar? online boek via magister. 


Klaar? maken test jezelf online van §9.4
Tijd over? lezen afsluiting + voorbereiden toets


timer
1:00

Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk
KB lezen 9.1 en 9.2 maken de vragen 1 t/m 30 theorieboek
BB lezen 6.1 maken de vragen 1 t/m 23

Slide 33 - Tekstslide