1. Herhaling soorten astigmatisme, oogfout en brandlijnenschema

Nevelrefractie
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
OptiekMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Nevelrefractie

Slide 1 - Tekstslide

theorie les
Periode 3: 8 lesweken
  • theorie les.
  • praktijk; nevelen (mevrouw de Groot).

Slide 2 - Tekstslide

Planning
Lesweek
Onderwerp
week 1
Herhaling soorten astigmatisme, de oogfout en het brandlijnenschema.
week 2
De nevelmethode, sferische en cilindrische sterkte voorhouden, stap 1 tot en met 5 van de nevelmethode.
week 3
Stap 6 tot en met 11 van de nevelmethode.
week 4
Sterk astigmatisme + herhalen.
week 5
KC-fout & SF0D
week 6
KC-fout & SF0D
week 7 
Herhalen (eventueel starten KC-methode).

Slide 3 - Tekstslide

Week 1
Leerdoelen
Aan het einde van de week:
- kan je de verschillende vormen van astigmatisme uitleggen.
- kan je de ligging van brandlijnen berekenen a.d.h.v. de                 vuistregel.
- kan je de grootte van het verstrooiingsfiguur uitrekenen             a.d.h.v. de vuistregel
- een brandlijnenschema invullen.
- weet je hoe brandlijnen zich verplaatsen bij het voorhouden     van een sferisch glas.
- kan je de oogfout uitzetten in een brandlijnenschema.
Theorieboek
- bladzijde 3 tot en met 18.
Huiswerkopdrachten
- opdracht 1 tot en met 15.

Slide 4 - Tekstslide

LessonUp
LessonUp.app.
  • inloggen met de pincode en je naam.
  • de les is ook op je mobiel te volgen; printscreen maken voor aantekeningen.

Account aanmaken.
  • optioneel; met school e-mail. // code = gxaod
  • lessen zijn terug te kijken.

Slide 5 - Tekstslide

noem de 5 verschillende soorten astigmatisme.

Slide 6 - Woordweb

Brandlijnenschema

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Vuistregel
Per 1 dpt ligt een brandlijn of brandpunt 0,4 mm van het netvlies.

Slide 9 - Tekstslide

Brandlijnenschema
hypermetroop
myoop
visusgetallen

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 1

a. Waar liggen de brandlijnen t.o.v. het netvlies?
In de 90° heeft het oog een sterkte van + 61,5 dpt.
Er ontstaat hierdoor een brandlijn in de            °.

Deze brandlijn ligt mm voor/achter het netvlies of op het netvlies.

In de 180° heeft het oog een sterkte van + 59 dpt.
Er ontstaat hierdoor een brandlijn in de            °.

Deze brandlijn ligt mm voor/achter het netvlies of op het netvlies.




















b. Zet de brandlijnen in het brandlijnenschema.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 1

c. Dit oog ziet de horizontale/verticale delen van voorwerpen in de verte scherper. Leg uit hoe dit komt.

d. Schets de vorm van het verstrooiingsfiguur.
 
 
 
 
 
e. Wat voor soort astigmatisme heeft dit oog?






















b. Zet de brandlijnen in het brandlijnenschema.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht
Maak opdracht 3 tot en met 8.

Slide 13 - Tekstslide

Week 1
Leerdoelen
Aan het einde van de week:
- kan je de verschillende vormen van astigmatisme uitleggen.
- kan je de ligging van brandlijnen berekenen a.d.h.v. de                 vuistregel.
- kan je de grootte van het verstrooiingsfiguur uitrekenen             a.d.h.v. de vuistregel
- een brandlijnenschema invullen.
- weet je hoe brandlijnen zich verplaatsen bij het voorhouden     van een sferisch glas.
- kan je de oogfout uitzetten in een brandlijnenschema.
Theorieboek
- bladzijde 3 tot en met 18.
Huiswerkopdrachten
- opdracht 1 tot en met 15.

Slide 14 - Tekstslide