Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les 13 Meervoud zelfst.nw+bijvoeglijke nw 26 sept
Welkom!
Nederlands is mijn goedste vak
Dat had je niet gedenkt he?
Ik heb alles opgezoekt
en in mijn schrift geschrijft.
1 / 37
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2,3
In deze les zitten
37 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welkom!
Nederlands is mijn goedste vak
Dat had je niet gedenkt he?
Ik heb alles opgezoekt
en in mijn schrift geschrijft.
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
- Instructie
- Aan het werk
- Evaluatie
Slide 2 - Tekstslide
LESDOEL
- ik weet hoe ik het meervoud van zelfstandige naamwoorden moet schrijven.
- ik weet wat een bijvoeglijke naamwoord is en welke uitgangen het heeft.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Meervoud zelfstandige naamwoorden
Het meervoud van een zelfstandig naamwoord kan eindigen op: -en , -s of de –‘s
Slide 5 - Tekstslide
- en
komt het meest voor
wiel- wiel
en
huid- huid
en
- s
als een woord eindigt op: -e,
-el, -er, -en -ie,
-eau
bureau- bur
eaus
keizer- keizer
s
- 's
als een woord eindigt op:
-a, -i, -o, -u,
-y
bij afkortingen
baby- baby
's
cd- cd
's
Slide 6 - Tekstslide
Meervoud zelfstandige naamwoorden
Als het zelfstandig naamwoord eindigt op een beklemtoonde -ie: schrijf je
-ën
erachter .
bv.
kopieën, categorieën,
bacteriën
Slide 7 - Tekstslide
let op:
Woorden die eindigen op 2 klinkers, krijgen een -s eraan vast:
kangoer
oe
--> kangoeroes
Klinkers die een accent hebben, tellen voor 2 klinkers en dan schrijf je ook een -s eraan vast:
caf
é
--> cafés
Slide 8 - Tekstslide
- ee
ën
zeeën
o, a, i, u, medeklinker met y
alleen bij voorkomen uitspraakverwarring
's
menu's, baby's, taxi's
bureaus, etuis (geen uitspraakverwarring
s en f
z en v
leerwoorden: buis-buizen, golf-golven
korte lange klank
klinker weghalen,
medeklinker verdubbelen
boot-boten
blok-blokken
goed luisteren
-eren
ei-eieren, blad bladeren
sommige woorden hebben staan alleen in meervoud of enkelvoud
ijs, hersenen, nieuws, kleren
ie
iën of ieën, afhankelijk van klemtoon
bact
e
riën, categori
eën
Slide 9 - Tekstslide
Er zijn ook een aantal bijzonderheden:
- soms kan het meervoud eindigen op
-eren
voorbeeld:
blad – blad
eren
kind – kind
eren
Slide 10 - Tekstslide
Een aantal woorden die eindigen op
-um
(van oorsprong Latijnse woorden) hebben 2 meervouden
voorbeeld:
museum – mus
ea
/ muse
ums
datum – dat
a
/ dat
ums
centrum – centr
a
/ centr
ums
stadium – stadi
a
/ stadi
ums
Slide 11 - Tekstslide
Opdracht
Maak nu opdracht 1 op het blaadje.
timer
2:00
Slide 12 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 13 - Tekstslide
2 uitgangen:
- e
komt het meeste voor
de kort
e
man, de mooi
e
vrouw
-en
alleen bij het
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
: hout, beton, metaal, koper, goud, papier, wol, stro, katoen , leer
een beton
nen
muur, een hout
en
schutting, de stroo
ien
hoed, de goud
en
munt
Slide 14 - Tekstslide
Meestal
eindigt het op een
-e
de blauw
e
trui het dikk
e
boek de kal
e
kop
Slide 15 - Tekstslide
Materiaal
Als het bijvoeglijk naamwoord aangeeft van welk
materiaal
het is gemaakt, dan schrijf je er altijd
-en
achter.
de hout
en
stoel de goud
en
ring de woll
en
trui.
Slide 16 - Tekstslide
Modern materiaal
Als het van een
modern
materiaal is gemaakt komt er
niets
achter.
de plastic tas de aluminium trap de polyester boot
Slide 17 - Tekstslide
Let op!
Bij ‘een’ komt er niet altijd een uitgang
De auto ---> een mooie auto
Het meisje ---> een mooi meisje
Slide 18 - Tekstslide
Opdracht
Maak nu opdracht 3 bijvoeglijke naamwoorden
op het blaadje.
timer
2:00
Slide 19 - Tekstslide
Huiswerk
Opdracht 2 en opdracht 4 bijvoeglijke naamwoorden
op het blaadje.
Slide 20 - Tekstslide
Het meervoud van oma?
A
omaas
B
oma's
C
omaën
D
omas
Slide 21 - Quizvraag
Het meervoud van wolf?
A
wolfen
B
wolven
Slide 22 - Quizvraag
Het meervoud van filmmuseum?
A
filmmusea
B
filmmusea's
C
filmmuseum
D
filmmuseums
Slide 23 - Quizvraag
Het meervoud van stad?
A
steden
B
stadden
C
staden
D
stads
Slide 24 - Quizvraag
Het meervoud van wc?
A
wcen
B
wc'en
C
wcs
D
wc's
Slide 25 - Quizvraag
Het meervoud van zilver?
A
zilvers
B
zilvere
C
zilver
D
zilveren
Slide 26 - Quizvraag
Het meervoud van appel?
A
appels
B
appelen
Slide 27 - Quizvraag
Opdracht
Schrijf de bijvoeglijke naamwoord (en) op.
Schrijf de antwoorden
onder elkaar!
Slide 28 - Tekstslide
De oude man kocht toch nog
een nieuwe fiets
Slide 29 - Open vraag
Die stille jongen kreeg
een prachtig boek.
Slide 30 - Open vraag
In die drukke straat stonden veel
nieuwe huizen
Slide 31 - Open vraag
Jan fietste met een grote vaart over dat kleine bruggetje.
Slide 32 - Open vraag
Dat nieuwe boek in die grijze
kaft is prachtig.
Slide 33 - Open vraag
Ik lust geen koude chocolademelk.
Slide 34 - Open vraag
Vader kreeg een boze brief van onze nieuwe meester.
Slide 35 - Open vraag
Die vervelende jongen verscheurde zijn mooie tekeningen.
Slide 36 - Open vraag
Er stonden veel rode rozen en witte lelies in die verwaarloosde tuin.
Slide 37 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Proefles Meervoud op -en/-s/'s, 1F
April 2018
- Les met
16 slides
door
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
Spelling meervoud op -en en -ën
Juni 2019
- Les met
26 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling les 4: meervoud van zelfstandige naamwoorden
Februari 2023
- Les met
48 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Spelling blok 6; zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden - m3b
Juni 2020
- Les met
37 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
NL presentatie
Januari 2022
- Les met
41 slides
Nederlands
Middelbare school
spelling
Januari 2017
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Spelling 2F (Taalblokken 4)
Oktober 2023
- Les met
46 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Creatief schrijven & spelling les 5: samengestelde woorden
Februari 2023
- Les met
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1