3.4 Oorlog op alle fronten

3.4 Oorlog op alle fronten
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.4 Oorlog op alle fronten

Slide 1 - Tekstslide

Tijdvak 9: Wereldoorlogen, 1900 - 1950
Kenmerken: - het voeren van twee wereldoorlogen
                          - massavernietigingswapens en totale oorlog

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
- Hoe ervoeren de soldaten en de mensen thuis de oorlog?

Slide 3 - Tekstslide

statische uitputtingsoorlog
  • Loopgraven: versterkt met prikkeldraad en verdedigers met mitrailleurs.

  • Bijna onmogelijk vijandelijke loopgraven in te nemen:
  • 1. Artillerie: met kanonnen loopgraven beschieten.
  • 2. Soldaten vallen aan

  • Succes was zelden, heel veel doden.

Slide 4 - Tekstslide

Nieuwe oorlogstechnieken
  • vlammenwerpers
  • Tanks
  • Gifgas

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Totale oorlog
  • Totale oorlog =  oorlog waar  de hele samenleving bij betrokken is.

  • mannen vechten aan het front
  • vouwen werken in de fabrieken
  • dokters/zusters worden opgeroepen om aan het front te helpen.

  • Alle economische middelen worden ingezet.
  • Gevolg: voedseltekort, handel moeilijk


Slide 7 - Tekstslide

Propaganda & censuur
Propaganda:
  • Middelen om mensen te overtuigen van een bepaalde mening.
  • - eenzijdig
  • - feiten verdraaien
  • - feiten weglaten

Censuur
  • Overheid controleert de pers  en alle uitgaande berichten. 
  • je mag niet zeggen / schrijven wat je wilt

Slide 8 - Tekstslide

10 minuten opdracht 
werkboek blz. 71
vraag 51 t/m  53

Let op: bij 53 hoef je maar 1 argument te noemen voor onbetrouwbaarheid (ipv 2)


Slide 9 - Tekstslide

antwoord vraag 51
  • 51 Leg aan de hand van de bron uit hoe propaganda en censuur in Duitsland werkte en of die effectief waren.

  • Bron: Sebastiaan Haffner bleef tot aan ‘het bittere einde’, dus tot de nederlaag, fanatiek. 
  • uitleg: Blijkbaar wist de propaganda over het verloop van de strijd toch telkens positief te berichten en zorgde de censuur ervoor dat negatieve berichten niet doordrongen tot de mensen thuis.


Slide 10 - Tekstslide

antwoord vraag 52
  • 52 Leg uit waarom de Britse censuur allerlei woorden en zinnen in deze brief onleesbaar maakte.

  • De Britse David Pincent schrijft aan zijn vriend, maar die is Oostenrijker en dus vijand. 
  • Hij mocht die brief wel versturen, maar informatie die de vijand niet mocht hebben, is doorgestreept. Wat nog leesbaar is, zijn dingen die bij alle legers gelijk voorkwamen (diarree, explosies). 

Slide 11 - Tekstslide

Antwoord vraag 53
  • 53 Aan het begin van de Eerste Wereldoorlog maakte de Nederlandse tekenaar Louis Raemaekers voor de krant De Telegraaf tekeningen waarin de Duitse oorlogshandelingen in België sterk werden bekritiseerd. Geef met 1 argument aan of de tekening in bron W12 een betrouwbaar beeld geeft van de gebeurtenissen in Aarschot.

  • Raemaekers had de informatie 'van verschillende kennissen'.  Er wordt niet verteld of zijn 'kennissen' goed op de hoogte konden zijn van deze gebeurtenis. De tekening is dus niet heel betrouwbaar.

Slide 12 - Tekstslide

De bron is in 1914 gebruikt als propaganda tegen de Duitsers.

Leg uit dat de bron als propaganda werd gebruikt.

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk
Leren 3.4 deel 1

Maken 3.4: 

44 t/m 49

Slide 14 - Tekstslide

De grote oorlog, een wereldoorlog







"De oorlog die alle 
oorlogen zou beëindigen"
- Niet allen EU vocht, FR en ENG koloniën, ook koloniën in Afrika

Slide 15 - Tekstslide

Verloop
1917: Verenigde Staten doen mee!

De VS wilden niet betrokken worden in de Europese oorlog, maar...
  • Onbeperkte duikbotenoorlog doet ook Amerikaanse schepen zinken.
  • Duitsland probeerde Mexico te overtuigen om de VS aan te vallen (Zimmermantelegram).
  • Groot-Brittannië en Frankrijk hebben schulden bij de VS. De VS wil zeker zijn van terugbetaling.

... en dus verklaart de VS in 1917 de oorlog aan Duitsland.



Slide 16 - Tekstslide

14 punten van Wilson
  • Vrijheid voor alle volken: (ZELFBESCHIKKINGSRECHT) elk volk moet een eigen land hebben, met eigen grenzen.

  • Democratie voor alle landen

  • Oprichting Volkenbond (voorloper Verenigde Naties: eerst praten, dan vechten).

Slide 17 - Tekstslide

Huiswerk
maken opdrachten 3.4

Slide 18 - Tekstslide